Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

4 Faxen
LAN-faxprocedure

Interne fax

70
In dit gedeelte wordt de basisprocedure voor het verzenden van een LAN-fax
beschreven.
OPMERKING:
Als de verificatietoepassing is ingeschakeld, hebt u wellicht een
account nodig voordat u het apparaat kunt gebruiken. Neem voor meer informatie
of als u een account wilt verkrijgen, contact op met de systeembeheerder.
U kunt documenten vanaf uw pc faxen met behulp van de meegeleverde
printerdrivers. De printerdriver moet op elke pc worden geïnstalleerd die het
apparaat voor het faxen gebruikt.
1.
Klik op Afdrukken in
uw applicatie.
2.
Klik op uw apparaat
om het als printer te
selecteren.
3.
Klik op de toets
Eigenschappen of
Voorkeuren.
4.
Klik op Fax in het
vervolgkeuzemenu
Opdrachttype.
5.
Klik op de toets
Ontvanger
toevoegen of de toets Toevoegen uit telefoonboek om een ontvanger toe te
voegen.
6.
Klik op OK om de door u geselecteerde ontvanger te bevestigen.
7.
Klik op OK om uw selecties in het venster Afdrukvoorkeuren te bevestigen.
8.
Klik op Afdrukken om het document af te drukken.
9.
Het vak Faxbevestiging verschijnt. Controleer het faxnummer en klik
vervolgens op OK om de fax te verzenden.
In dit gedeelte vindt u meer informatie over de toepassingen van Interne fax.
• Faxen op pagina 71.
• Afdrukkwaliteit op pagina 75.
• Opmaakaanpassing op pagina 76.
• Faxopties op pagina 77.
OPMERKING:
Zie Serverfax op pagina 83 voor informatie over Serverfax.
Xerox Phaser 3635 Handleiding voor de gebruiker

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave