De kracht van de drukrol bijstellen
De drukarm bepaalt de kracht die de drukrollen
uitoefenen op de lasdraad.
De afstelling gebeurt met een stelmoer. Door deze moer
rechtsom te draaien neemt de drukkracht toe, bij linksom
draaien wordt de druk minder.
belangrijk voor goede lasresultaten.
WAARSCHUWING
Bij een te lage druk zal de drukrol doorslippen. Bij een
te hoge druk kan de lasdraad vervormd raken, wat kan
leiden tot problemen in de lastoorts. De juiste instelling
zit daar net tussenin.
totdat de draad begint door te slippen op de drukrol.
Voer daarna de druk weer iets op door de stelmoer één
slag te verdraaien.
Lasdraad in het laspistool voeren
Schakel de ingaande stroom UIT.
Sluit op de Euro-aansluiting een voor het gekozen
lasproces geschikte lastoorts aan. De parameters
van toorts en lasapparaat moeten overeenstemmen.
Haal de gascup van het pistool en de contacttip,
resp. de beschermkap en contacttip. Leg dan het
pistool recht en plat
Steek de draad door de geleiderbuis over de rol en
de geleiderbuis van de Euro-aansluiting heen en in
de bekleding van het pistool.
handmatig een paar centimeter in de bekleding
worden gedrukt en moet gemakkelijk aanvoeren
zonder enige kracht.
WAARSCHUWING
Als er kracht nodig is, ligt het voor de hand dat de draad
de bekleding van het pistool heeft gemist.
Schakel het lasapparaat IN.
Druk de trekker van het pistool in om de daad aan te
voeren via de bekleding van het pistool, totdat de
draad uit het schroefdraaduiteinde komt. Of de Cold
Inch / Gas Purge-schakelaar [15] kan worden
gebruikt – moet u hem in de "Cold Inch"-stand
houden totdat de draad uit het schroefdraaduiteinde
komt.
Als de trekker of de Cold Inch / Gas Purge-
schakelaar
[15]
draadhaspel niet afrollen.
Stel zo nodig de remkracht van de draadhaspel af.
Schakel het lasapparaat uit.
Installeer een geschikte contacttip.
Afhankelijk van het gekozen lasproces en type
lastoorts, moet een gascup geplaatst worden (voor
GMAW- en FCAW-GS-proces) of een beschermkap
(voor FCAW-SS-proces).
WAARSCHUWING
Zorg dat ogen en handen verwijderd blijven van het
uiteinde van de lastoorts, terwijl lasdraad naar buiten
komt aan de kant van de schroefdraad.
De juiste afstelling is
Verminder geleidelijk de druk
De draad kan
wordt
losgelaten,
moet
Aandrijfrollen vervangen
Voordat aandrijfrollen en/of geleiders worden geplaatst
of vervangen moet eerst het lasapparaat worden
UITgeschakeld.
PF22 is uitgerust met een V1.0/V1.2 voor staaldraad.
Voor
andere
aandrijfrolsets
"Toebehoren") en moet u de instructies volgen:
Schakel de ingaande stroom UIT.
Ontgrendel de vier rollen door het verdraaien van de
vier Quick-Change Carrier Gears [57]
Haal met [58] de drukrollen los.
Vervang de aandrijfrollen [56] door exemplaren die
geschikt zijn voor het te gebruiken type lasdraad.
Zorg ervoor dat de bekleding van de toorts en de
contacttip
ook
draadformaat.
Voor draden met een doorsnee van meer dan 1,6 mm
moeten de volgende onderdelen worden verwisseld:
De geleidebuis van de aanvoerconsole [54] en [55].
De geleidebuis van de Euro-aansluiting [53].
Vergrendel de vier rollen door het verdraaien van de
vier Quick-Change Carrier Gears [57]
Voer de draad handmatig aan van de draadhaspel,
door de geleiderbuizen, over de rol en de geleidebuis
van de Euro-aansluiting in de bekleding van de
toorts.
Zet met [58] de drukrollen vast.
de
27
WAARSCHUWING
draadformaten
zijn
de
leverbaar
(zie
het
WAARSCHUWING
geschikt
zijn
voor
WAARSCHUWING
Afbeelding 28
geëigende
hoofdstuk
het
gekozen