Installatie
Inbouw van meerdere
SmartLine-elementen
De voegen tussen de afzonderlijke
SmartLine-elementen moeten met een
temperatuurbestendige (min. 160 °C) si-
liconenkit worden gevuld. Bij vlakke in-
bouw moet ook de voeg tussen het/de
SmartLine-element(en) en het werkblad
met een temperatuurbestendige
(min. 160 °C) siliconenkit worden ge-
vuld.
De SmartLine-elementen moeten na de
inbouw van onderaf goed toegankelijk
zijn, zodat de bodemplaat voor onder-
houdsdoeleinden kan worden verwij-
derd. Als de SmartLine-elementen niet
van onderaf toegankelijk zijn, moet de
voegenkit worden verwijderd om de
toestellen te kunnen uitbouwen.
32
Werkbladdiepte
De werkbladdampkap kan naar keuze
met een aansluiting voor een luchtka-
naal rechts of links worden ingebouwd.
Minimale werkbladdiepte bij
- aansluiting rechts 600 mm
- aansluiting links 665 mm