Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Functieoverzicht - Vaillant calorMATIC 630 Handleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor calorMATIC 630:
Inhoudsopgave

Advertenties

Functieoverzicht

Functie
Verlagingstemperatuur
Aantal trappen
Aantal warmtebronnen
Uitschakelvertraging
(alleen voor cascades)
Buitentemperatuur(BT)-
uitschakelgrens
Inschakelvertraging
(alleen voor cascades)
Afwerklaagdroging
Bedienings- en installatiehandleiding calorMATIC 630
Betekenis / Uitleg
De verlagingstemperatuur is de temperatuur waarnaar de verwarming in de afkoelperiode wordt
geregeld. Deze kan voor elk CV-circuit apart worden ingesteld.
Deze worden gewoonlijk al bij de systeemconfiguratie geconfigureerd – een parameterinstelling is
alleen nodig in gevallen waarin 2-traps branders 1-traps moeten worden aangestuurd.
Deze worden gewoonlijk al bij de systeemconfiguratie geconfigureerd – een parameterinstelling is
alleen bij wijze van uitzondering (bv. verwijderen van warmtebronnen uit het installatiesysteem) nodig.
Na afloop van de uitschakelvertragingstijd wordt de volgende uit te schakelen trap alleen
uitgeschakeld, wanneer de temperatuur zich nog steeds boven de uitschakeltemperatuur bevindt.
Onder BT-uitschakelgrens wordt de waarde van de buitentemperatuur verstaan vanaf welke de
behoefte-afhankelijke CV-uitschakeling (automatische zomeruitschakeling) actief is. De BT-
uitschakelgrens kan voor elk CV-circuit apart in het bereik van 5 ... 50 °C worden ingesteld, levering
vindt standaard plaats met de instelwaarde 22 °C. Standaard is de gewenste kamertemperatuur voor
elk CV-circuit ingesteld op 20 °C.
Vindt er een verandering van de gewenste kamertemperatuur in het basismenu plaats, dan moet de
BT-uitschakelgrens eventueel ook worden veranderd (ten minste 1 °C hoger dan gewenste
kamertemperatuur).
Daarbij gaat het om de tijd die na inschakeling van de voorafgaande cascade-/keteltrap moeten
worden gewacht tot de inschakeling van de volgende trap. Deze dient ervoor onnodig in- en
uitschakelen van de trappen te vermijden, wanneer de installatie zich in de buurt van de gewenste
ingestelde waarde bevindt. De volgende trap wordt alleen ingeschakeld, wanneer na afloop van deze
tijd de actuele gewenste installatiewaarde nog niet werd bereikt of werd overschreden.
De functie voor afwerklaagdroging dient ervoor een pas gelegde verwarmingsafwerklaag
overeenkomstig de voorschriften „droog te stoken". Bij geactiveerde functie zijn alle, inclusief de door
telefonisch contact gekozen bedrijfsfuncties onderbroken. De aanvoertemperatuur van het geregelde
CV-circuit wordt onafhankelijk van de buitentemperatuur volgens een vooringesteld programma
geregeld.
Starttemperatuur:
Dag na start van de functie
1
2
3
4
5
6 – 12
13
14
15
16
17 – 23
24
25
26
27
28
29
In het display wordt de bedrijfsfunctie met de huidige dag en de gewenste aanvoertemperatuur
weergegeven, de lopende dag kan met de hand worden ingesteld.
Bij start van de functie wordt de huidige tijd van de start opgeslagen. De dagwissel geschiedt telkens
exact op dit tijdstip.
Na net uit/aan start de afwerklaagdroging als volgt:
laatste dag voor net uit
1 – 15
16
17 - 23
24 - 28
29
25 °C
Gewenste aanvoertemperatuur voor deze dag
25 °C
30 °C
35 °C
40 °C
45 °C
45 °C
40 °C
35 °C
30 °C
25 °C
10 °C
(vorstbeveiligingsfunctie, pomp in
werking)
30 °C
35 °C
40 °C
45 °C
35 °C
25 °C
start na net aan
1
16
17
24
29
Bijlage
41

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave