-
T R I O
I N S TA L L AT I E H A N D L E I D I N G
Tabel 1: Relatie opbouw concentrische systeem / afstellen toestel
G31
totaal aantal
meters horizontale
pijplengtes
geen bochten
0
2 bochten
0
1
2
3
4
5
3 bochten
0
1
2
3
4
5
4 bochten
0
1
2
3
4
5
5 bochten
-
■
= opbouw is niet toelaatbaar
Situatie
A
B
C
D
E
6.5.3.2 Plaatsen concentrische systeem met dakdoorvoer
De dakdoorvoer kan zowel in een schuin dak als in een platdak uitmonden.
De dakdoorvoer kan geleverd worden met een plakplaat voor een plat dak dan wel met een universeel verstelbare
pan voor een schuin dak.
Plaats het concentrische systeem als volgt:
➠
Bouw het systeem op vanaf (de aansluitstomp van) het toestel.
Let op - Houd een afstand van minimaal 50 mm aan tussen de buitenkant van het concentrische systeem en de wanden
en/of het plafond;
- Gebruik hittebestendig isolatiemateriaal bij doorvoer door brandbaar materiaal.
!Let op Sommige hittebestendige isolatiematerialen bevatten vluchtige componenten, die langdurig een onaangename geur
verspreiden; deze zijn niet geschikt.
➠
Verwijder de bovenplaat van het toestel; deze is los geplaatst;
➠
Verwijder het afdekplaatje door het losdraaien van de 2 parkers (zie
➠
Plaats een gelakt pijpstuk op het toestel;
➠
Breng een gelakte klemband met siliconen afdichtring aan op de verbinding tussen toestel en pijpstuk;
➠
Zet het afdekplaatje weer vast met behulp van de 2 parkers;
totaal aantal meters verticale en/of schuine pijplengtes
1
2
3
4
B
C
C
D
A
A
B
C
A
A
B
A
A
A
A
A
B
A
A
A
A
A
A
A
A
A
A
A
A
A
A
A
Tabel 2: Voorwaarden voor afstellen van het toestel
Luchtinlaatgeleider
Restrictieschuif
NEE
JA
NEE
JA
NEE
JA
NEE
JA
NEE
JA
5
6
7
8
9
D
D
D
E
E
C
D
D
D
D
C
C
D
D
D
B
C
C
D
D
A
B
C
C
D
A
A
B
C
C
C
D
D
D
B
C
C
D
D
A
B
C
C
D
A
A
B
C
C
A
A
A
B
B
C
C
D
D
A
B
C
C
D
A
A
B
C
C
A
A
A
B
C
A
A
A
A
Afstandrestrictie
60 mm
48 mm
43 mm
38 mm
33 mm
Foto 1
/ blz.6);
10
11
12
E
E
E
E
E
E
D
E
D
D
E
E
D
D
D
D
D
E
D
D
D
7
NL