4.
Aanwijzingen
Houd bij het installeren rekening met de onderstaande punten voor een goede en veilige werking van het toestel:
➠
vermijd dat de ontstekingskabel over en/of langs metalen delen ligt om verzwakking van de vonk te voorkomen;
➠
voorkom beschadiging van de ruiten bij het verwijderen/plaatsen;
➠
maak de ruiten schoon vóór ingebruikname ter voorkoming van inbranden van vuil.
5.
Uitpakken
Schenk aandacht aan de onderstaande punten bij het uitpakken van het toestel:
➠
Controleer het toestel op transportschade;
➠
Neem zonodig contact op met DRU Service;
➠
Neem de doos met onderdelen en de houtset uit de ruimte achter de deur onderin het toestel.
In Bijlage1 / Tabel 5/ blz.16 staat vermeld over welke onderdelen u na het uitpakken dient te beschikken.
➠
Verwijder de twee houtschroeven uit de bodemplaat, waarmee het toestel vast zit aan de vlonder;
➠
Neem contact op met DRU Service als u na het uitpakken niet over alle onderdelen beschikt;
➠
Voer de verpakking af via de reguliere weg.
6.
Installatie
Lees de handleiding zorgvuldig door voor een goede en veilige werking van het toestel.
!Let op Installeer het toestel in de volgorde zoals in dit hoofdstuk is beschreven.
6.1 Voorschriften
- Houdt u zich aan de geldende (installatie)voorschriften.
- Houdt u zich aan de voorschriften/instructies zoals vermeld in deze handleiding.
6.2 Gassoort
Op het typeplaatje staat vermeld voor welke gassoort, gasdruk en voor welk land dit toestel is bestemd. Het type-
plaatje bevindt zich achter de deur op de achterwand van de ruimte onderin het toestel.
➠
Controleer of het toestel geschikt is voor de gassoort en gasdruk ter plaatse.
6.3 Gasaansluiting
In de gasaansluiting dient een gaskraan geplaatst te worden in de omgeving van het toestel.
Let op Vermijd vuil in de gasleiding en in de aansluitingen.
Voor de gasaansluiting gelden de volgende eisen:
- dimensioneer de gasleiding zodanig dat geen drukverlies kan optreden;
- de gaskraan heeft het CE merk;
- de gaskraan is altijd bereikbaar.
6.4 Plaatsen toestel
Het plaatsen van het toestel gebeurt als volgt:
Let op - Plaats het toestel en/of de afvoerpijpen altijd op
minimaal 500 mm afstand van brandbare objecten
of materialen.
- Breng geen wijzigingen aan het toestel aan.
➠
Bepaal de plaats van het toestel; de afmetingen zijn
aangegeven in
➠
Zorg voor een gasaansluiting ter plekke; zie voor de-
tails paragraaf 6.3.
➠
Maak een doorvoer voor het verbrandingsgasafvoer-
/verbrandingsluchttoevoersysteem met de onder-
staande diameter; zie voor details paragraaf 6.5.
- Ø 160 mm voor een geveldoorvoer door onbrand-
baar materiaal;
- Ø 250 mm voor een geveldoorvoer door brand-
baar materiaal;
- Ø 160 mm voor een dakdoorvoer door onbrand-
baar materiaal;
- Ø 250 mm voor een dakdoorvoer door brandbaar
materiaal.
NL
4
Fig. 1
.
-
T R I O
I N S TA L L AT I E H A N D L E I D I N G
Fig. 1