3. Bevestig de connector van de slaap-
zone klep (Fig. 4.3, pos. 4) en woon-
zone klep (Fig. 4.3, pos. 7).
Er is altijd een aangesloten CO
Sensor nodig op de aansluitingen
5 en 6.
4. Bevestig de connector van de CO
Sensor slaapzone (Fig. 4.3, pos. 5)
en CO
Sensor woonzone (Fig. 3.1 en
2
Fig. 4.3, pos. 6).
Fig. 4.4 - Aansluiting CO
slaapzone (sleep) en woonzone (living)
5. Bevestig de connector van de warmte-
terugwinunit (Fig. 4.3, pos. 3).
14 - NL
2
2
Sensor
2