Controleer altijd of de elektrische aansluitingen
(kabelinvoer, kabelsplitsingen, beschermingen...) in
overeenstemming zijn met de elektrische specificaties en
met de instructies in het bedradingsschema. Controleer
altijd of alle aansluitingen in overeenstemming zijn met
de normen die van toepassing zijn op de installatie van
airconditioners.
Apparaten die van de stroomtoevoer ontkoppeld zijn,
moeten geheel ontkoppeld zijn volgens de voorwaarden
van de overspanningscategorie.
Zorg ervoor dat u het stroomsnoer niet wijzigt, de draad
niet verlengt en geen meerdere draden aansluit.
– Dit kan elektrische schokken of brand veroorzaken
wegens slechte aansluiting, slechte isolatie of
overschrijding van de stroomgrens.
– Wanneer de draad moet worden verlengd wegens
schade aan het stroomsnoer, raadpleeg dan Stap
14 Optioneel: het stroomsnoer verlengen in de
installatiehandleiding.
LET OP
Zorg ervoor dat de kabels geaard zijn.
De aarddraad niet met de gasleiding, waterleiding,
lichtpaal of telefoondraad verbinden. Een elektrische
schok kan optreden, als de aarding niet voltooid is.
Installeer de stroomverbreker.
Een elektrische schok kan optreden, als de
stroomverbreker niet geïnstalleerd is.
Zorg ervoor dat het afdruipende gecondenseerde water van
de afvoerslang goed en veilig wegloopt.
Installeer de spanningskabel en communicatiekabel van de
binnen- en buitenunit ten minste 1 m vanaf de elektrische
toestel.
Installeer de binnenunit uit de buurt van de
verlichtingsapparaten met behulp van de ballast.
Als de draadloze afstandsbesturing wordt gebruikt,
mogelijk verbindingsfouten kunnen optreden als gevolg
van de ballast van de verlichtingsinrichting.
5
Nederlands