Lekstroom-veiligheidsschakelaar (RCD)
ƒ
Bouw de lekstroom-veiligheidsschakelaar (RCD) volgens de
voorschriften van het lokale energiebedrijf in.
ƒ
Als personen in aanraking met het product en met geleidende
vloeistoffen kunnen komen, moet een lekstroom-veiligheids-
schakelaar (RCD) worden ingebouwd.
6.5.2
Onderhoudswerkzaamheden
ƒ
Controleer de isolatieweerstand van de motorwikkeling.
ƒ
Controleer de weerstand van de temperatuursensoren.
6.5.2.1 De isolatieweerstand van de motorwikkeling controle-
ren
‡
Isolatiemeetapparaat 1000 V
‡
Motoren met ingebouwde condensator: Wikkelingen
kortgesloten!
1. Controleer de isolatieweerstand.
⇒ Meetwaarde eerste inbedrijfname: ≥ 20 MΩ.
⇒ Meetwaarde intervalmeting: ≥ 2 MΩ.
▶ Isolatieweerstand gecontroleerd. Als de gemeten waar-
den afwijken van de voorgeschreven waarden, moet
contact worden opgenomen met de servicedienst.
6.5.2.2 De weerstand van de temperatuursensor controleren
‡
Ohmmeter aanwezig.
1. Meet de weerstand.
⇒ Meetwaarde bimetaalsensor: 0 Ohm (doorgang).
▶ Weerstand gecontroleerd. Als de gemeten waarde af-
wijkt van de voorgeschreven waarde, moet contact wor-
den opgenomen met de servicedienst.
6.5.3
Aansluiting eenfasige wisselstroommotor (1~-motor)
PE
C r
Fig. 4: Aansluitschema 1~-motor
Aderkleur
Klem
Bruin (bn)
L
Blauw (bu)
N
Groen/geel (gn-ye)
Aarde
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Padus UNI
Installatie en elektrische aansluiting
N
L
M 1~
De pomp is uitgerust met een Schuko-stekker. Aansluiting op het
stroomnet vindt plaats door de stekker in het stopcontact te ste-
ken. De stekker is niet waterdicht.
Voor de thermische motorbewaking zijn bimetaalsensoren aange-
bracht in de motor. De motorbewaking is zelfschakelend. Een se-
parate aansluiting is niet mogelijk.
Als de pomp rechtstreeks op een schakelkast wordt aangesloten,
moet de stekker worden afgesneden. Aansluitkabel volgens aan-
sluitschema in de schakelkast aansluiten.
6.5.4
Aansluiting driefasige wisselstroommotor (3~-motor)
PE
L1
250 V (AC); 2,5 A
Fig. 5: Aansluitschema 3~-motor
Adernummer
Omschrijving
1
20
2
21
3
U
4
V
5
W
Groen/geel (gn-ye)
Aarde
Pomp met stekker
De pomp is uitgerust met een CEE-motorbeveiligingsstekker.
Aansluiting op het stroomnet vindt plaats door de stekker in het
stopcontact te steken. De stekker is niet waterdicht.
De thermische motorbewaking (bimetaalsensor) is in de motorbe-
veiligingsstekker aangesloten. Als de max. wikkelingstemperatuur
wordt bereikt, wordt de pomp uitgeschakeld. Herinschakeling
moet handmatig plaatsvinden. Een separate aansluiting van de
motorbewaking is niet nodig.
Als de pomp rechtstreeks op een schakelkast wordt aangesloten,
moet de stekker worden afgeklemd. Aansluitkabel volgens aan-
sluitschema in de schakelkast aansluiten.
Pomp met vrij kabeluiteinde
ƒ
Aansluitkabel met vrije kabeleinden.
ƒ
Aansluiting in schakelkast volgens aansluitschema.
ƒ
Thermische motorbewaking:
–
Bimetaalsensoren
–
Aansluitwaarden: max. 250 V(AC), 2,5 A, cos phi = 1
L2
L3
20
21
M 3~
cos φ = 1
Klem
WSK
WSK
L1
L2
L3
PE
nl
15