6. De frequentieomvormer programmeren
6
96
torsnelheid verhogen als een van de terugkoppelingen onder
het ingestelde setpoint komt en de ventilatorsnelheid verlagen
als alle terugkoppelingen zich boven de bijbehorende setpoints
bevinden.
Som
[0] bepaalt dat de PID-regelaar de som van Terugkoppe-
ling 1, Terugkoppeling 2 en Terugkoppeling 3 als terugkoppeling
moet gebruiken.
NB!
Terugkoppelingen die niet worden gebruikt, moe-
ten worden ingesteld op
20-00, 20-03 of 20-06.
De som van Setpoint 1 en andere referenties die eventueel zijn
ingeschakeld (zie parametergroep 3-1*) zullen worden gebruikt
als de setpointreferentie van de PID-regelaar.
Verschil
[1] bepaalt dat de PID-regelaar het verschil tussen Te-
rugkoppeling 1 en Terugkoppeling 2 als terugkoppeling moet
gebruiken. Terugkoppeling 3 wordt in dit geval niet gebruikt.
Alleen setpoint 1 zal worden gebruikt. De som van Setpoint 1
en andere referenties die eventueel zijn ingeschakeld (zie pa-
rametergroep 3-1*) zullen worden gebruikt als de setpointrefe-
rentie van de PID-regelaar.
Gemiddelde
[2] bepaalt dat de PID-regelaar het gemiddelde van
Terugkoppeling 1, Terugkoppeling 2 en Terugkoppeling 3 als
terugkoppeling moet gebruiken.
NB!
Terugkoppelingen die niet worden gebruikt, moe-
ten worden ingesteld op
20-00, 20-03 of 20-06. De som van Setpoint 1 en
andere referenties die eventueel zijn ingeschakeld
(zie parametergroep 3-1*) zullen worden gebruikt
als de setpointreferentie van de PID-regelaar.
Minimum
[3] bepaalt dat de PID-regelaar Terugkoppeling 1,
Terugkoppeling 2 en Terugkoppeling 3 met elkaar moet verge-
lijken en de laagste waarde als terugkoppeling moet gebruiken.
NB!
Terugkoppelingen die niet worden gebruikt, moe-
ten worden ingesteld op
20-00, 20-03 of 20-06. Alleen setpoint 1 zal wor-
den gebruikt. De som van Setpoint 1 en andere
referenties die eventueel zijn ingeschakeld (zie
parametergroep 3-1*) zullen worden gebruikt als
de setpointreferentie van de PID-regelaar.
Maximum
[4] bepaalt dat de PID-regelaar Terugkoppeling 1,
Terugkoppeling 2 en Terugkoppeling 3 met elkaar moet verge-
lijken en de hoogste waarde als terugkoppeling moet gebruiken.
MG.11.A5.10 – VLT
®
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
®
VLT
HVAC Drive Bedieningshandleiding
Geen functie
in par.
Geen functie
in par.
Geen functie
in par.