Voorzorgsmaatregelen
Algemene aanwijzingen
De eerste ingebruikneming van de MOTOmed dient altijd onder
instructie en toezicht van vakpersoneel plaats te vinden. Voor de eerste
training dienen aard, omvang, intensiteit en op welke tijdstippen u
moet trainen, beslist met de arts/therapeut te worden overlegd. Neem
bij de start van het apparaat ook de voorinstellingen van het gekozen
trainingsprogramma van de MOTOmed in acht.
Het trainen en het inleggen en uit het apparaat verwijderen van
de benen of armen mag nooit zonder toezicht gebeuren als niet
gegarandeerd kan worden dat de gebruiker de werking en bediening
van de MOTOmed begrijpt en de MOTOmed tijdens de training via de
bedieningseenheid zelfstandig kan bereiken, bedienen en uitschakelen
(met name bij arm-/bovenlichaamtraining met onderarmsteunen).
Principieel wordt training onder voortdurend toezicht van een andere
persoon aangeraden.
Er moet voor worden gezorgd dat onbevoegden (bezoekers,
hulpkrachten etc.) tijdens de training geen veranderingen aan bed,
ligbank, rolstoel, stoel of MOTOmed aanbrengen.
Mocht de gezondheidstoestand van de gebruiker een MOTOmed
training met een max. toerental van 20 omw/min. niet toestaan, dan
moet het toerental na de start van het apparaat worden verlaagd en
als startwaarde worden opgeslagen.
11
De MOTOmed training moet aan het individuele ziektebeeld worden
aangepast. Trainingstips van de fabrikant of diens verkooppartners
zijn vrijblijvend. Hoe de MOTOmed bij verschillende aandoeningen
moet worden gebruikt, kan niet exact worden aangegeven. Dat
geldt ook voor details met betrekking tot de trainingsfuncties,
omdat de mogelijke instellingen afhankelijk zijn van de leeftijd,
de lichaamslengte, de individuele toestand, de belastbaarheid na
operaties en de algemene conditie.
VOORZORGSMAATREGELEN
77