7.2.1 Kabel naar condensaatbron of extern alarm
Waarschuwing
Voordat u met werkzaamheden aan de
Conlift begint, schakel de voedingspan-
ning uit en zorg dat deze niet per onge-
luk kan worden ingeschakeld.
Werkzaamheden aan elektrische syste-
men en onderdelen mogen alleen door
een erkend elektriciën worden uitge-
voerd.
De Conlift heeft een veiligheidsoverloopschakelaar
die kan worden aangesloten op de condensaatbron
of op een extern alarmsysteem. De schakelaar is
verbonden met een alarmkabel met vrij kabeluit-
einde.
Alarmsystemen met een regelspanning van
250 VAC, 2,5 A kunnen worden gebruikt.
Bij aflevering is de alarmkabel aangesloten op klem-
men COM1 (bruin) en NO4 (blauw) van de veilig-
heidsoverloopschakelaar. Zie afb. 1.
Blauw
Bruin
Afb. 1
Bedradingschema
De alarmkabel kan op twee manieren worden aange-
sloten, afhankelijk van de toepassing:
•
Uitschakeling van de condensaatbron
De veiligheidsoverloopschakelaar kan worden
aangesloten op een Klasse II laagspanning-
circuit.
Om uitschakeling van de condensaatbron moge-
lijk te maken moeten de COM1 en NO4 klemmen
van de veiligheidsoverloopschakelaar in serie
worden aangesloten met het laagspanningcircuit
van de condensaatbron.
•
Extern alarmsysteem
De COM1 en NC2 klemmen kunnen worden
gebruikt om een laagspanningalarmcircuit te slui-
ten.
Om een alarm te activeren moeten de COM1 en
NC2 klemmen van de veiligheidsoverloopschake-
laar in serie worden verbonden met het laag-
spanningalarmcircuit.
2
1
3
1 = COM1
2 = NC2
3 = NO4
8. In bedrijf nemen
Neem de Conlift in bedrijf in overeen-
N.B.
stemming met de plaatselijk geldende
voorschriften.
1. Controleer of alle slangen en aansluitingen lek-
dicht zijn.
2. Schakel de voedingspanning in.
8.1 Controle van de werking
Alarm
1. Om te zorgen dat het alarmniveau wordt bereikt:
knijp de persslang dicht (of sluit de afsluitklep,
indien aanwezig), en vul het reservoir met water.
De pomp wordt ingeschakeld via de vlotterscha-
kelaar.
2. Ga door met het vullen van water in het reservoir
tot de veiligheidsoverloopschakelaar wordt geac-
tiveerd. Als er geen extern alarm op de Conlift is
aangesloten, dan kan deze werking worden
getest met een multimeter.
De veiligheidsoverloopschakelaar moet
N.B.
worden geactiveerd voordat er water uit
de Conlift begint te lopen.
3. Stop de watertoevoer naar het reservoir, en stop
met het afknijpen van de persslang. Het alarm
stopt (de schakelaar gaat open). De pomp blijft in
bedrijf. Wanneer het uitschakelniveau wordt
bereikt schakelt de pomp uit.
Na de controle van de werking: druk de toevoerslang
terug in de opvoerinstallatie en laat het condensaat
uit de boiler of het airco-systeem weer in het reser-
voir lopen.
5