6 Installatie
Afb.17
Aansluiten condensatie–
afvoerleiding
2
1
3
6.4
Gasaansluiting
Afb.18
Aansluiten gasleiding
6.5
Aansluitingen van de luchttoevoer/rookgasafvoer
30
6.3.4
1. Monteer een kunststof afvoerpijp Ø 32 mm of groter, uitkomend op het
riool.
2. Steek hierin de flexibele condensafvoerslang
3. Monteer een stankafsluiter of sifon in de afvoerpijp.
Gevaar
De sifon moet altijd voldoende gevuld zijn met water. Dit voorkomt
dat er rookgassen in het vertrek komen.
Opgelet
4
AD-0000024-02
Waarschuwing
1. Verwijder de stofdop op de gasaansluiting
2. Monteer de gasaanvoerleiding.
3. Monteer in deze leiding direct onder de ketel een gaskraan.
4. Monteer de gasleiding op de gaskraan.
Opgelet
1
2
Belangrijk
Wij raden aan een gasfilter te installeren om vervuiling van het
gasblok te voorkomen.
3
4
AD-0000025-02
De ketel is geschikt voor de volgende types rookgasaansluitingen:
Voor meer informatie, zie
Certificeringen, pagina 13
Aansluiten van de condensatie-afvoerleiding
Dicht de condensafvoer nooit af.
Afschot afvoerpijp minimaal 30 mm per meter, maximale
horizontale lengte 5 meter.
Het lozen van condenswater op een dakgoot is niet toegestaan.
Sluit de hoofdgaskraan voor de start van de werkzaamheden
aan de gasleidingen.
Controleer voor montage of de gasmeter voldoende capaciteit
heeft. Houd daarbij rekening met het verbruik van alle
apparaten.
Waarschuw het plaatselijke energiebedrijf als de gasmeter te
weinig capaciteit heeft.
Verwijder afval en stof uit de gasleiding.
Voer laswerkzaamheden altijd uit op voldoende afstand van de
ketel.
onder aan de ketel.
121803 - v.12 - 07112018