3 Steek de twee ijzeren balken [B] in de funderingsplaat en zet deze aan
de boven- en onderkant vast met twee moeren type M8 [A]. Houd de
maximumhoogte van het uitstekende deel aan, zoals aangegeven in
afbeelding 27.
4 Plaats de funderingsplaat op zodanige wijze dat de kant met gleuven
(die de rondselplaats aangeven) naar het hek toe gericht is op de plaats
aangegeven in afbeelding 12.
5 Steek de kabeldoorvoerbuizen in het daarvoor bestemde boorgat in de
funderingsplaat.
6 Stort het beton.
7 Houd de plaat ondergedompeld in het beton en zet hem waterpas.
8 Draai de twee moeren boven de plaat los wanneer het beton voldoen-
de droog is (na een paar dagen). De moeren worden daarna niet meer
gebruikt.
9 Snijd de kabeldoorvoerbuizen ongeveer 3-4cm boven de plaat.
10 Verwijder het moerdeksel op de reductiemotor.
12 Voorschriften SL0
A
B
Afbeelding 27
Afbeelding 28
Afbeelding 29
11 Plaats de reductiemotor op de funderingsplaat onder de heugel. Om
deze handeling te vergemakkelijken kunt u de reductiemotor beter laten
hellen zodat het rondsel gemakkelijker onder de heugel heen kan. Draai
de twee zelftappende moeren [C] vast nadat u de borgschijven [D] aan-
gebracht heeft.
Afbeelding 30
12 Regel de reductiemotor zo nodig met 4 deuvels in de hoogte (Max 10
mm) zodat er een speling van ten minste 1 mm is tussen rondsel en heu-
gel en het gewicht van het hek niet op de reductiemotor rust. U kunt de
reductiemotor beter zonder deuvels vastzetten omdat hij dan steviger en
stabieler op de plaat rust.
Afbeelding 31
13 Controleer of de reductiemotor precies parallel aan het hek is en zet
hem vervolgens vast op de funderingsplaat door de twee zelftappende
moeren [C] stevig vast te draaien.
14 Voer handmatig diverse hekopen- en sluitbewegingen uit en contro-
leer of de heugel op één lijn schuift als het rondsel, met een afwijking van
ten hoogste 5mm.
15 Voer handmatig diverse hekopen- en sluitbewegingen uit en contro-
leer of de heugel op één lijn schuift als het rondsel, met een afwijking van
ten hoogste 5mm.
16 Zet de twee beugels van de eindschakelaars [E] aan de buitenkant
van de heugel vast met de bijbehorende deuvels.
Bedenk dat het hek nog eens ongeveer 2-3 cm doorschuift wanneer de
eindschakelaar in werking treedt. Het is daarom raadzaam de plaats van
de beugels in te stellen om te voorkomen dat het hek vastloopt.
E
Afbeelding 32
17 Zie voor de elektrische verbindingen van de diverse inrichtingen
hoofdstuk 3.3.6 "Elektrische verbindingen" op pag. 15.
C
D