Modellen met R410a koudemiddel (HPS.Z-12 en HPS.Z-16):
•
Zorg voor goede ventilatie (afzuiging) in de opstellingsruimte,
•
De opstellingsruimte moet een minimale inhoud hebben van 5,7m
•
Bij leidinglengtes van >10 m moet koelmiddel worden bijgevuld. Het minimale kamervolume
moet afhankelijk van de extra vulling worden herberekend,
Het minimale ruimtevolume van de stookruimte hangt conform EN 378 van de vulhoeveelheid en de
samenstelling van het koelmiddel af. Bovengenoemde herberekening kan met onderstaande formule
worden uitgevoerd:
=
V
= Minimum kamervolume in m
min
M
= Maximale vulhoeveelheid van het koelmiddel in kg
max
G
= Praktische grenswaarde conform EN 378, afhankelijk van de samenstelling van het
koelmiddel. Voor R410A is dit: 0,44 kg/m3
Opmerking:
Wanneer meerdere warmtepompen, of warmtepompboilers in één ruimte geplaatst worden, moet
het minimale ruimtevolume volgens het toestel met de grootste eis worden aangehouden.
De hoeveelheden hoeven niet te worden opgeteld wanneer het afzonderlijke koelcircuits zijn.
22
3
3
,