4.2 Apparaat inschakelen
4.2 Apparaat inschakelen
Het apparaat wordt ingeschakeld door het indrukken van de druk-/draaitoets
en kan in combinatie met de set-toets
worden bediend.
Apparaat
uitschakelen:
draaitoets is verzonken en daarmee
beschermd tegen beschadigingen.
4.3 Parameterinstelling
4.3 Parameterinstelling
Een parameter kan worden geselecteerd door de druk-/draaitoets te draaien, daarbij worden alle
andere parameters donker weergegeven.
De geselecteerde parameter knippert in een lichte kleur en kan nu, met gelijktijdig ingedrukte set-toets
(beveiliging tegen onbedoeld verstellen) met de druk-/draaitoets worden versteld.
Als de druk-/draaitoets snel wordt gedraaid, wijzigt de gewenste waarde in grote stappen. Bij een
langzamere bediening wijzigt de instelwaarde in afzonderlijke stappen.
Als de set-toets wordt losgelaten, wordt de nieuw ingestelde waarde opgeslagen.
Als de druk-/draaitoets opnieuw wordt gedraaid, kan de volgende parameter worden geselecteerd.
Door het draaien van de druk-/draaitoets kunnen de volgende parameters in de onderstaande volgorde
worden geselecteerd en worden gewijzigd, zoals hierboven is omschreven:
1.
Gewenste temperatuurwaarde
2.
Inschakelvertraging (Delay)
3.
Handhavingstijd van de gewenste temperatuurwaarde (Hold)
De
druk-/
Bladzijde 9
BASIC