17
Onderhoud
17.24 Rolbodemketting inkorten
Achterste rolbodemketting inkorten
RP001-107
ü De spanarm aan de rolbodem is gereinigd,
ü De achterklep is volledig geopend en met de afsluitkraan beveiligd,
ü De rolbodems bevinden zich in parkeerstand,
ü De machine is stopgezet en beveiligd,
De draadstiften (3) aan beide zijden demonteren.
De lijst (2) demonteren.
Twee kettingschakels (4) van de rolbodemketting (1) demonteren.
De rolbodemketting (1) met het kettingslot verbinden.
Voorste rolbodemketting inkorten
RP001-108
ü De spanarm aan de rolbodem is gereinigd,
ü De achterklep is volledig geopend en met de afsluitkraan beveiligd,
ü De rolbodems bevinden zich in parkeerstand,
ü De machine is stopgezet en beveiligd,
De kettingspanhendel (1) op positie "I" zetten.
De draadstiften (4) aan beide zijden demonteren.
De lijst (3) demonteren.
Twee kettingschakels (5) van de rolbodemketting (2) demonteren.
De rolbodemketting (2) met het kettingslot verbinden.
De kettingspanhendel (1) op positie "II" zetten.
214
1
2
II
I
1
4
zie
Pagina 202.
zie
Pagina 81.
zie
Pagina 28.
2
5
zie
Pagina 202.
zie
Pagina 81.
zie
Pagina 28.
Originele handleiding 150001162_00_nl
2
3
zie
Pagina 83.
3
4
zie
Pagina 83.
Fortima V 1500 MC