Bediening
Voor een optimaal rendement bij het verwijderen van
kookdampen:
☞ Het apparaat al 1-2 minuten voordat u gaat koken alvast
inschakelen. Zo kan de stroming worden opgebouwd en
worden de dampen snel afgevoerd.
☞ Om de kookdampen efficiënt op te vangen, gebruikt u bij
intensief koken de achterste kookzones.
☞ Vermijd dwarsstromingen (b.v. trekkende lucht) boven het
kookgebied.
☞ Schakel tijdens het koken naar een vermogensniveau dat
past bij de intensiteit van de kookdampen:
y Vermogensniveau 1 – kleinste ventilatorcapaciteit
y Vermogensniveau 2 – middelste ventilatorcapaciteit
y Vermogensniveau 3 – hoge ventilatorcapaciteit
☞ Wanneer de intensiteit van de kookdampen niet afneemt,
schakelt u naar een hoger vermogensniveau.
☞ Schakel bij het aanbraden naar het vermogensniveau
Power.
☞ Schakel na het koken de naloopfunctie in.
D "4.3.1 Naloopfunctie" (pagina 24).
☞ Zorg voor een regelmatige toevoer van frisse lucht.
☞ Gebruik het apparaat ook voor het verminderen van
andere storende geuren. Bijvoorbeeld van:
y Uien en knoflook
y Oven, magnetron of stoomoven
y Fondue en raclette
D WAARSCHUWING
Brandgevaar door vetresten!
Wanneer het apparaat werkt, hopen zich in en aan het
apparaat vetresten op, die licht ontvlambaar zijn.
☞ Reinig het apparaat deugdelijk.
D "5. Reiniging" (pagina 26).
Wanneer u het apparaat inschakelt en een ongewoon hoog
ventilatorgeruis hoorbaar is:
☞ Reinig het apparaat.
☞ Let op de richtlijnen voor de reiniging.
D "5. Reiniging" (pagina 26).
Wanneer u het apparaat inschakelt en een geur ruikbaar is:
☞ Vervang de filtervulling.
☞ Let op de richtlijnen voor het vervangen van de
filtervulling.
D "6.2.2 Filtervulling vervangen (bij luchtcirculatiemodus
en hybride modus)" (pagina 28).
Na 6 uur zonder bediening schakelt het apparaat (incl.
verlichting) automatisch uit.
24
4.3.1
Naloopfunctie
Het apparaat beschikt over een naloopfunctie. Wanneer u
deze functie gebruikt, werkt het apparaat nog 10 minuten op
het laatst geselecteerde vermogensniveau.
Bij de luchtcirculatiemodus is het gebruik van de
naloopfunctie noodzakelijk, opdat het apparaat de
resterende geurtjes op kan nemen. Door het gebruik van
de naloopfunctie wordt de levensduur van de filtervulling
verhoogd. De filtervulling moet regelmatig vernieuwd
worden.
De naloopfunctie kan handmatig of automatisch
ingeschakeld worden. De naloopfunctie wordt in de
configuratiemodus geactiveerd.
D "4.4 Configuratie" (pagina 25).
Tiptoets
Functie
Het apparaat is ingeschakeld.
Wanneer de naloopautomaat geactiveerd is:
☞ 1x tiptoets aanraken.
Het apparaat schakelt uit.
De nalooptijd start automatisch op het laatst
gekozen vermogensniveau.
Wanneer de naloopautomaat niet geactiveerd
is:
☞ 2x tiptoets aanraken – binnen 2 seconden.
Het apparaat schakelt uit.
De nalooptijd wordt handmatig gestart op het
laatst gekozen vermogensniveau.
Tijdens de nalooptijd (10 minuten)
knippert het bedieningssymbool van het
vermogensniveau.
4.3.2
Omschakeling afzuig-/luchtcirculatiemodus
Wanneer het apparaat met een hybride modus is uitgerust,
kan na het activeren van de omschakelfunctie altijd tussen
afzuig- en luchtcirculatiemodus gewisseld worden.
De omschakeling wordt in de configuratiemodus geactiveerd.
D "4.4 Configuratie" (pagina 25).
6005033_0 – 08.11.2019