Ingedrukt houden om de telefoon
aan of uit te zetten.
Een oproep beëindigen.
In de menustand: invoer annuleren
en teruggaan naar de standby-
stand.
Cijfers, letters en enkele speciale
tekens ingeven.
In de standby-stand: [1] ingedrukt
houden om verbinding te maken
met de voicemailserver. Houd [0]
ingedrukt om een internationale
toegangscode in te voeren.
Speciale tekens ingeven.
In de standby-stand: [ ]
ingedrukt houden om de stille
stand in of uit te schakelen. Houd
[ ] ingedrukt om een pauze
tussen nummers in te voeren.
Het volume van de telefoon
regelen.
In de standby-stand: het
toetsvolume aanpassen. Met de
telefoon gesloten: ingedrukt
houden om het display in te
schakelen.
In de MP3-speler, met de telefoon
gesloten: ingedrukt houden om de
toetsen te vergrendelen.
11