2. Plaats een opvangbak onder de aftapplug aan de
achterzijde van de machine (Figuur 26). Verwijder
de aftapplug.
3. Duw de handgreep omlaag om de maaimachine en
de motor naar achteren te kantelen, zodat er olie in
de opvangbak kan lopen.
4. Plaats de aftapplug terug en vul het carter weer met
de voorgeschreven olie; zie Oliepeil controleren.
Onderhoud van het luchtfilter
Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren
Om de 100 bedrijfsuren
1. Trek de kabel van de bougie.
2. Draai de vleugelmoeren los waarmee het
luchtfilterdeksel is bevestigd aan het luchtfilter, en
verwijder het deksel. Reinig het deksel grondig
(Figuur 28).
1. Luchtfilterdeksel
3. Als het schuimelement vuil is, moet u dit verwijderen
van het papierelement (Figuur 29). Grondig
schoonmaken.
A. Was het schuimelement in een oplossing van
vloeibare zeep en warm water. Knijp het goed
uit om het vuil te verwijderen, zonder te wringen
omdat het schuim dan kan scheuren.
B. Droog het schuimelement door dit te wikkelen
in een schone doek. Knijp de doek en het
schuimelement uit om ze droog te laten worden,
zonder te wringen omdat het schuim dan kan
scheuren.
C. Drenk het schuimelement door en door in
schone motorolie. Knijp het element uit om
overtollige olie te verwijderen en de olie goed te
Figuur 28
verdelen. Het element moet vochtig van de olie
zijn.
1. Schuimelement
4. Als u het schuimelement een onderhoudsbeurt
geeft, moet u controleren in wat voor staat het
papierelement verkeert. Repareer het element indien
nodig.
Opmerking: Reinig het papierelement niet met
perslucht.
5. Monteer het schuimelement, het papierelement en
het luchtfilterdeksel.
Belangrijk: Gebruik de motor niet zonder
het luchtfilterelement omdat dit kan leiden tot
overmatige slijtage en beschadiging van de
motor.
Bougie vervangen
Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren
Gebruik een NGK BPR5ESbougie of een bougie
van een equivalent type. Zorg ervoor dat de
elektrodenafstand 0,7 tot 0,8 mm bedraagt.
1. Trek de bougiekabel los van de bougie (Figuur 30).
1. Bougiekabel
25
Figuur 29
2. Papierelement
Figuur 30