4
Plaatsing en installatie
Afb 4-3
Leveringspakket standaardpakket toebehoren
Pos.
Omschrijving
A
Ketelbekleding – zijafdekking
B
Ketelbekleding – zijafdekking
C
Ketelbekleding – deksel
D
Ketelbekleding – voorafdekking
E
Klein toebehoren: bouten, 4-polige printplaatstekker,
trekontlastingsclip (3x)
F
Kabelbinders
G
Buitenthermometer
h
Olielfilter
i
Documentatie
Tab. 4-3
Legenda bij
Afb 4-3
Toebehoren voor de A2 F zie prijslijst.
4.4
Olieverbrandingsketel plaatsen
4.4.1
Opstelplaats kiezen
De opstelplaats van de A2 F moet aan de volgende minimum eisen
voldoen (zie ook
Hfst.
1.2.3).
Installatie- en gebruikshandleiding
16
Opstelhoogte
▪ De onderkant van de condensaatwateraansluiting aan het appa-
raat dient hoger gelegen te zijn dan de afloophoogte van de con-
densafvoerslang, omdat anders condenswater in de afvoer opge-
stuwd kan worden. Indien nodig een voetstuk installeren.
▪ Kleine oneffenheden van het plaatsingsoppervlak kunnen met de
in hoogte verstelbare poten gecompenseerd worden (zie
4.4.2).
Plaatsingsoppervlak
▪ De ondergrond moet vlak en glad zijn en voldoende draagkracht
van de ondergrond van 500 kg/m² exclusief veiligheidstoeslag
hebben. Zo nodig een voetstuk installeren.
▪ Opstelmaten in acht nemen (zie
Plaatsingsruimte
▪ Bij bedrijf onafhankelijk van omgevingslucht (gebruik van het con-
centrische lucht-/afvoergassysteem) worden geen bijzondere ei-
sen aan de ventilatie van de plaatsingsruimte gesteld.
▪ Bij voorwaardelijk van omgevingslucht onafhankelijk bedrijf en bij
omgevingslucht afhankelijk bedrijf dient in de opstellingsruimte
een ventilatieopening naar buiten van tenminste 150 cm
zig te zijn. Als de rookgasleiding door een installatieschacht naar
buiten leidt, moet die van achteren worden geventileerd (zie
4.2.2).
▪ Bij van omgevingslucht onafhankelijk bedrijf dient de plaatsings-
ruimte vrij te zijn van agressieve dampen (bijv. haarspray, per-
chloorethyleen, tetrakoolstoffen), grote hoeveelheden stof en hoge
luchtvochtigheid (zoals in keukens of wasruimtes).
▪ De plaatsing buiten is niet toegestaan.
▪ De plaatsing in een explosiegevaarlijke omgeving is niet toege-
staan.
▪ De elektronische regeling mag nooit blootgesteld worden aan
weersinvloeden.
▪ De A2 F moet op een vorstvrije locatie worden geplaatst.
INFORMATIE: OPSLAG STOOKOLIE IN DE PLAAT-
SINGSRUIMTE
Het bouwvoorschrift veroorlooft normaal gesproken (afhan-
kelijk van de brandverordening in het land) een opslag van
stookolie van maximaal 5000 liter in de plaatsingsruimte
toe, mist het gebouw aan gebouwklasse 1 is toegewezen
en de plaatsingsruimte geen verblijsfvertrek is.
Plaatsing op zolder
Als de A2 F op zolder wordt geplaatst en de olie in eronder liggende
ruimtes wordt opgeslagen, is de oliepomp van de brander normaal
gesproken niet voldoende. Als de onderdruk aan de zuigkant de
waarden van 0,4 bar overschrijdt moet de olie met een aparte pomp
naar de brander getransporteerd worden. Wij adviseren met klem
om een zuigaggregaat toe te passen.
Om storingen bij de start of tijdens de werking van de brander te ver-
mijden, moet de minimumhoogte van de rookgasafvoerleiding
2 m bedragen.
WAARSCHUWING
Bij toepassing van een drukaggregaat kan er bij storingen
olie vrijkomen. Vrijkomende olie kan ernstige schade aan
het milieu toebrengen.
▪ Plaats de ketel in een dichte bak en beveilig die met een
vlotterschakelaar (aansluiting via extra stekkerrail).
▪ Gebruik uitsluitend een filterbak van metaal (nooit van
plexiglas).
Opstelling in garages
Indien de plaatselijke voorschriften een verwarmingsketel in garages
niet algemeen verbieden is de A2 F principieel geschikt voor de
plaatsing en de werking in garages. Voorwaarden hiertoe zijn echter:
▪ bedrijf onafhankelijk van omgevingslucht,
Hfst.
Hfst.
4.1).
2
aanwe-
Hfst.
Daikin/ROTEX A2 F
Olieverbrandingsketel A2 F
008.1546499_02 – 04/2018 – NL