n
Configureer verschillende camerafuncties als volgt via overige menu's.
De menu-items zijn op tabbladen per doel gegroepeerd, zoals opnamen
maken (4), afspelen (1), enzovoort. De beschikbare instellingen verschillen
afhankelijk van de geselecteerde opname- of afspeelmodus (pp. 240–245).
•
Als u per ongeluk een instelling hebt gewijzigd, kunt u dat ongedaan maken
door de standaardinstellingen van de camera te herstellen (p. 199).
46
Open het menu.
Druk op de knop n.
Selecteer een tabblad.
Beweeg de zoomknop of druk op de knoppen
qr om een tabblad te selecteren.
Selecteer een instelling.
Druk op de knoppen op of draai aan de
knop 5 om een instelling te selecteren.
Als u instellingen met niet weergegeven opties
wilt selecteren, drukt u eerst op de knop m of
r om van scherm te wisselen en daarna drukt
u op de knoppen op of draait u aan de knop
5 om de instelling te selecteren.
Druk op de knop n om terug te keren
naar het vorige scherm.
Selecteer een optie.
Druk op de knoppen qr om een optie
te selecteren.
Voltooi de instellingsprocedure.
Druk op de knop n om terug te gaan
naar het scherm dat werd weergegeven
voordat u in stap 1 op de knop n drukte.