De flitsbelichtingscompensatie aanpassen
Net als bij de normale belichtingscompensatie (p. 122) kunt u de
flitsbelichting aanpassen met stappen van 1/3 in een bereik van –2 tot +2.
•
Wanneer de kans op overbelichting bestaat, past de camera tijdens het flitsen
automatisch de sluitertijd of diafragmawaarde aan om vervaagde highlights
te verminderen en opnamen te maken met een optimale belichting. U kunt
automatische aanpassing van sluitertijd of diafragmawaarde echter
uitschakelen door n (p. 46) te openen en [Veiligheids FE] in
[Flits Instellingen] op het tabblad 4 in te stellen op [Uit].
U kunt de flitsbelichtingscompensatie ook instellen door n (p. 46) te openen
•
en te kiezen voor [Flitsbel. comp.] in [Flits Instellingen] op het tabblad 4.
U kunt het scherm [Flits Instellingen] n ook als volgt openen.
•
Druk op de knop r en druk vervolgens op de knop n.
-
Druk op de knop m, kies X in het menu en
pas de instelling aan door op de knoppen
op te drukken of aan de knop 5 te draaien
(p. 45).
Als de instelling is voltooid, wordt X
weergegeven.
Flitser
141