VOORZICHTIG
Langdurige
blootstelling
luchtstroom is niet gezond.
VOORZICHTIG
Zorg voor een goede verluchting van de ruimte als samen
met het systeem een apparaat met brander wordt gebruikt;
dit om zuurstofgebrek te voorkomen.
VOORZICHTIG
Gebruik het systeem NIET wanneer een rookvormig
insecticide in de ruimte wordt verspreid. Anders zouden de
chemische stoffen zich in de unit kunnen ophopen, met
gevaar voor de gezondheid van mensen die overgevoelig
zijn voor chemische stoffen.
OPMERKING
Schakel de voeding ten minste 6 uur voor gebruik in om de
carterverwarming
van
compressor te beschermen.
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor de volgende systemen met
standaardbesturing. Neem vóór de ingebruikneming contact op met
uw dealer voor informatie over de bediening die overeenstemt met
uw systeem en versie. Dit is ook het geval als uw installatie is
uitgerust met een op maat ontworpen besturingssysteem.
Werkingsstanden:
▪ Verwarmen en koelen (lucht/lucht).
▪ Alleen ventileren (lucht/lucht).
15
Bediening
15.1
Werkingsgebied
Gebruik het systeem binnen de volgende temperatuur- en
vochtgehaltewaarden om een veilige en efficiënte werking te
verzekeren.
In combinatie met R410A-buitenunits
Buitenunits
RR71~125
–15~46°C droge
12~28°C natte bol
RQ71~125
–5~46°C droge bol –10~15°C natte bol
12~28°C natte bol
RXS35~60
–10~46°C droge
14~28°C natte bol
3MXS40~68
–10~46°C droge
4MXS68~80
14~28°C natte bol
5MXS90
RZQG71~140
–15~50°C droge
12~28°C natte bol
RZQSG71~140
–15~46°C droge
14~28°C natte bol
FCAG35~140BVEB
Split-systeemairconditioners
4P561448-1 – 2018.12
van
uw
lichaam
aan
stroom
te
voorzien
en
Koelen
Verwarmen
—
bol
—
10~27°C droge bol
–15~18°C natte bol
bol
10~30°C droge bol
–15~18°C natte bol
bol
10~30°C droge bol
–20~15,5°C natte
bol
bol
10~27°C droge bol
–15~15,5°C natte
bol
bol
10~27°C droge bol
In combinatie met R410A-buitenunits
Buitenunits
de
RZQ200~250
AZQS71
AZQS100~140
Binnenvochtigheid
In combinatie met R32-buitenunits
Buitenunits
de
RXM35~60
3MXM40~68
4MXM68~80
5MXM90
RZAG35~60
RZAG71~140
RZASG71~140
AZAS71~140
Binnenvochtigheid
Symbool
Verklaring
Buitentemperatuur
Binnentemperatuur
(a)
Om te voorkomen dat er condens wordt gevormd en water
uit de unit druppelt. Als de temperatuur of de vochtigheid
buiten deze limieten valt, kunnen beveiligingen geactiveerd
worden, waardoor de unit mogelijk niet functioneert.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
15 Bediening
Koelen
Verwarmen
–5~46°C droge bol –15~15°C natte bol
14~28°C natte bol
10~27°C droge bol
–15~46°C droge
–15~15,5°C natte
bol
bol
14~28°C natte bol
10~27°C droge bol
–5~46°C droge bol
–15~15,5°C natte
bol
14~28°C natte bol
10~27°C droge bol
(a)
≤80%
Binnenvochtigheid
Koelen
Verwarmen
–10~46°C droge
–15~24°C droge bol
bol
–15~18°C natte bol
14~28°C droge bol
10~30°C droge bol
–10~46°C droge
–15~24°C droge bol
bol
–15~18°C natte bol
18~37°C droge bol
10~30°C droge bol
14~28°C natte bol
–20~52°C droge
–20~24°C droge bol
bol
–21~18°C natte bol
17~38°C droge bol
10~27°C droge bol
12~28°C natte bol
–20~52°C droge
–20~24°C droge bol
bol
–20~18°C natte bol
17~38°C droge bol
10~27°C droge bol
12~28°C natte bol
–15~46°C droge
–15~21°C droge bol
bol
–15~15,5°C natte
bol
20~38°C droge bol
10~27°C droge bol
14~28°C natte bol
–5~46°C droge bol –15~21°C droge bol
–15~15,5°C natte
bol
20~38°C droge bol
10~27°C droge bol
14~28°C natte bol
(a)
≤80%
25