Storingscode
Codeomschrijving
160
Drempel ventilatortoerental
niet bereikt
162
Luchtpressostaat
171
Fout ingang 1
172
Fout ingang 2
183
Unit in parameterisatiemodus
217
Sensorfout
218
Drukbewaking
317
Netfrequentie buiten toege
staan bereik
322
Waterdruk 3 te hoog
323
Waterdruk 3 te laag
324
Ingang BX, zelfde sensoren
325
Ingang BX/uitbreidingsmodu
les, zelfde sensoren
327
Uitbreidingsmodule, zelfde
functie
335
Sensoringang BX21 zonder
functie
336
Sensoringang BX22 zonder
functie
353
Cascade-aanvoersensor B10
ontbreekt
384
Vreemd licht
385
Netspanning
386
Tolerantie ventilatortoerental
7795229 - v.03 - 13012022
Subcode
Opmerkingen
381
Ventilatortoerental niet bereikt in de naspoelfase.
Overige
Luchtdrukschakelaar is geactiveerd of circuit is onderbroken.
Controleer op verstopping in de rookgasafvoer of incorrecte
installatie van rookgasafvoer. Controleer werking van lucht
drukschakelaar (werkt op 365 Pa). Condenswaterleiding kan
geblokkeerd zijn. Controleer of de condenswaterleiding vrij is
om in de sifon en verder te stromen.
Overige
Gebruikergedefinieerde OZW672 ingang D1 is geactiveerd.
Overige
Gebruikergedefinieerde OZW672 ingang D2 is geactiveerd.
Overige
Code wordt weergegeven als er een programmeerstick wordt
gebruikt, maar moet gewist zijn als programmering is voltooid.
Herhaal stickprocedure als de fout aanhoudt.
Overige
Ionisatiestroomfout of kortsluiting. Controleer de werking van
de ionisatiesonde met parameter 8329 (menu - diagnose
warmteopwekking). Ionisatiesonde moet mogelijk vervangen
worden. Controleer aarding naar het verwarmingstoestel
Overige
Waterdruk binnen het toestel is laag maar nog niet kritiek.
Toestel werkt verder maar op 80% van maximum vermogen.
Volledig uitgangsvermogen is niet beschikbaar tot de water
druk 0,2 bar of daarboven is.
Overige
Controleer stroomtoevoer naar apparaat.
Overige
Waterdruk binnen het toestel is te hoog voor een veilige werk
ing. Werking wordt automatisch hervat als de waterdruk op of
onder de maximale niveaus is. Controleer of het toestel niet
beperkt of geblokkeerd is of dat de waterisolatorkleppen dicht
zijn.
Overige
Waterdruk binnen het toestel is te laag voor een veilige werk
ing. Werking wordt automatisch hervat als de waterdruk op of
onder 0,1 bar is.
Overige
BX sensor is dubbel - controleer parameters.
Overige
BX uitbreidingsmodulesensor is dubbel - controleer parame
ters.
Overige
AGU2.5 uitbreidingsmodulefunctie is dubbel - controleer para
meterinstelling voor de AGU2.5 uitbreidingsmodule ("Configu
ratiemenu").
Overige
BX21 aangesloten maar niet gedefinieerd- definieer parame
ters voor deze sensor die is aangesloten op de AGU2.5 uit
breidingsmodule.
Overige
BX22 aangesloten maar niet gedefinieerd- definieer parame
ters voor deze sensor die is aangesloten op de AGU2.5 uit
breidingsmodule.
Overige
Controleer aansluitingen en configuratie van gemeenschappe
lijke aanvoertemperatuursensor (B10), die zich bij de invoer in
de tank vooraan, middendeel van het toestel bevindt.
Overige
Ionisatiestroom gedetecteerd vóór de ontsteking. Controleer
de ionisatiestroom ("Diagnose van toestel" parameter 8329).
Als er stroom aanwezig is terwijl de brander in stand-by is,
draai dan de gastoevoer dicht om te controleren of de gasklep
volledig sluit. Als stroom nog steeds aanwezig is, verwijder
dan de ionisatiesonde en gebruik een schroevendraaier om
de opening door de deur van de warmtemotor vrij te maken
voordat de sonde wordt vervangen.
Overige
Netspanning onder 185 V - controleer stroomtoevoer naar het
toestel.
Overige
Ventilator buiten tolerantie ventilatortoerental. Controleer alle
bedrading. Controleer op mogelijke beperking van de lucht of
het rookgas. Vervang de ventilator als alle luchtwegen vrij zijn
en de bedrading in orde is.
7 Bij storing
47