6.4.2
Inspecteren van de ontstekings- en ionisatie-elektrode
6.4.3
Inspecteren van de lucht- en rookgasafvoerafdichtingen
6.4.4
Inspecteren van de condensafvoerleidingen
Afb.17
Condensopvang
6.4.5
Inspecteren van de voorraadtank
7795229 - v.03 - 13012022
Belangrijk
De ontstekings- en ionisatie-elektrode moet elke 2 jaar worden
vervangen, ongeacht de toestand:
De elektrode inspecteren of vervangen gebeurt bij voorkeur met
uitgebouwde brander, in het kader van de procedure voor het reinigen en
inspecteren van de brander. Volg de stappen hieronder als zij afzonderlijk
moeten worden geïnspecteerd of vervangen.
1. Schakel de ketel uit.
2. Koppel de elektrodekabels los.
3. Draai de schroeven van de elektrode los.
4. Verwijder de elektrode en inspecteer ze op schade en slijtage.
5. Vervang versleten of beschadigde elektrodes.
6. De vonkafstand moet 4,5 - 5,5 mm zijn.
7. Ga voor het monteren in omgekeerde volgorde te werk.
1. Druk op de delen van de rookgasafvoer bij de verbindingen om te
controleren of de verbinding stevig is.
2. Controleer op lekken rond de afdichtingen, inclusief het flexibele
luchtkanaal naar de venturibuis.
3. Vervang als er twijfel is over de kwaliteit van de afdichting.
1. Controleer of de leidingen nergens verstopt zijn, flexibel zijn en geen
sporen van barsten vertonen.
2. Inspecteer de verbindingen in de leidingen op lekken.
3. Schroef het onderste deel van de condensopvang los.
4. Maak de binnenkant van de condensopvang schoon.
5. Breng het onderste deel van de condensopvang weer aan.
6. Controleer de condensopvang op lekken.
AD-3002094-01
1. Koppel de ketel los van de stroomtoevoer.
2. Draai de koudwatertoevoer naar de ketel dicht.
3. Open een warm water kraan tot er geen water meer uit stroomt.
4. Sluit de warm water kraan.
5. Tap 5 - 10 liter water af via de aftapkraan van de tank.
6. Verwijder het isolatiemateriaal van de bovenkant van de tank zodat de
aansluitingen vrij komen.
6 Onderhoud
27