Kleppen
De kleppen en hun bedieningssystemen kunnen eerst met perslucht en vervolgens met een licht alkalisch
reinigingsmiddel worden gereinigd. Let daarbij bijzonder goed op de hendels van het bedieningssysteem.
Afdichtingen moeten regelmatig gecontroleerd worden.
Verifieer of de ribben goed kunnen draaien en de mechanismen gesmeerd zijn: gebruik, wanneer nodig,
molybdeendisulfide-oliespray zodat de straal kan worden gericht op het punt waar dit nodig is.
Warmtewisselaars van het behandelingssysteem
Reinig de warmtewisselaars zodra ze het geringste teken van verontreiniging vertonen.
We adviseren om de warmtewisselaar voorzichtig te reinigen en wassen om de ribben niet aan te tasten.
Maak voor de reiniging gebruik van een neutraal reinigingsmiddelfdat voor dit doel geschikt is: het ge-
bruik van alkalische of zure reinigingsmiddelen of reinigingsmiddelen op chloorbasis is verboden.
Het is toegestaan om de warmtewisselaars te reinigen met water met een lage druk (max. 1,5 bar). Het
water mag in dit geval GEEN chemicaliën of micro-organismen bevatten en de waterstraal moet tegen de
luchtstroom in en parallel aan de ribben worden gericht.
In het geval van het systeem met directe expansie moet al het koelmiddel uit de warmtewisselaars wor-
den opgevangen in de ontvanger, voordat de warmtewisselaar met water mag worden gereinigd: op
deze manier wordt voorkomen dat de druk toeneemt en verschillende delen van de leiding beschadigd
raken en blijft de lucht schoon.
Het is echter ook mogelijk om de warmtewisselaars tijdens de reiniging uit de machine te verwijderen:
stel ze niet bloot aan licht en bewaar ze in een donkere ruimte.
Voor de reiniging van de inspuitleidingen kan de verdeler bereikt worden door de metalen bescherming
te verwijderen: reiniging met een zachte borstel en water en eventueel, als veel vuil aanwezig is, met een
desinfectiemiddel dat in water is opgelost.
Ventilatoren
De ventilatoren kunnen gereinigd worden met perslucht of door ze schoon te borstelen met water en
zeep of een neutraal reinigingsmiddel.
Laat aan het einde van de reiniging de waaier met de hand draaien om na te gaan of deze geen vreemde
geluiden produceert.
Luchtintreden
Controleer regelmatig of in de buurt van de luchtintreden geen nieuwe bron van verontreiniging aanwe-
zig is. Elke component moet regelmatig gecontroleerd worden op verontreiniging, schade en corrosie.
De pakking kan beschermd worden met smeermiddelen op basis van glycerine. In het geval van schade
moet de pakking door een nieuw exemplaar worden vervangen.
56