Voor de start
•
Lees de veiligheidsinstructies en de informatie
over de plaats en functies van de hendels voor
de start (zie blz. 5-14).
•
Voer dagelijks onderhoud uit voor de start (zie
het onderhoudsschema op blz. 20).
Starten van de motor
1. Breng de maaikast omhoog door de hendel naar
achter te trekken naar de blokkeerstand
(transportstand) en zet de handrem aan.
2. Breng de gasbediening naar de middelste stand.
3. Als de motor koud is, moet de chokebediening
achteruit naar zijn eindstand worden gebracht.
4. Draai de contactsleutel naar de startstand.
GEBRUIK
15
Nederlands -