26 | Storingen
Soort storing
Effect
Mogelijke oorzaken
Solarboiler koelt sterk af.
Hoge warmteverliezen.
Boilerisolatie defect of niet correct gemonteerd.
Regelaarinstelling naverwarming onjuist.
Eenpijpcirculatie (microcirculatie in de leidingen).
Circulatie t.g.v. thermosifonwerking via het collectorveld of de
circulatieleiding of naverwarming.
Tapwatercirculatie draait te vaak en/of 's nachts.
Bij zoninstraling beslaan van collector gedurende langere tijd.
Condenswater in
Ventilatie van de collector (bij beluchte collectoren) onvoldoen-
collector.
de.
Te lage installatiecapaciteit.
Opbrengst solar-energie te laag. Collectoren in de schaduw.
Lucht in de installatie.
Pomp draait met verminderd vermogen.
Warmtewisselaar vervuild / verkalkt.
Sterke vervuiling op de collectorvensters.
Naverwarming actief ondanks goede solarstraling.
Opbrengst solar-energie te laag. Boilertemperatuursensor naverwarming defect of verkeerd ge-
positioneerd.
Circulatie verkeerd aangesloten of te lang ingeschakeld.
Naverwarmingstemperatuur te hoog ingesteld.
Lucht in de installatie.
Regelaar defect.
Tabel 15
6 720 820 954 (2016/09)
Oplossing
Isolatie controleren. Boileraansluitingen isoleren.
Instellingen ketelregelaar controleren.
Warmte-isolatielus uitvoeren.
Terugslagkleppen controleren.
Schakeltijden en intervalbedrijf controleren.
Ventilatieopeningen reinigen.
Schaduw wegnemen.
Ontlucht de installatie.
Pomp controleren.
Warmtewisselaar spoelen / ontkalken.
Collectorvensters met glasreiniger (geen aceton) reinigen.
Positie, montage en karakteristiek van de
boilertemperatuursensor controleren.
Controleer de circulatieaansluiting en indien nodig de inschakelduur
van de circulatie.
Instellingen controleren.
Ontlucht de installatie.
Controleer de regelaar, indien nodig vervangen.
AGS10-2