1
2
7
BRINE
BRINE
Afb. 4
Aansluitingen op de passieve koelunit
HP-PCU – 6721838568 (2021/09)
3
5
4
6
230V
WATER
WATER
230V
0010039066-002
[1]
Broncircuit naar de warmtepomp.
[2]
Bronaanvoer uit de meetsonde.
[3]
Aanvoer van de warmtepomp.
[4]
Cv-aanvoer.
[5]
Communicatieaansluitingen van de warmtepomp. Bij de levering
in de passieve koelunit aangesloten. Voor de inbedrijfname van de
passieve koelunit door een installateur op de warmtepomp laten
aansluiten.
[6]
Elektrische netaansluiting. Bij de levering in de passieve koelunit
aangesloten. Voor de inbedrijfname van de passieve koelunit door
een installateur op de warmtepomp laten aansluiten. Het gebruik
van een andere kabel dan de bij de levering in de passieve koelunit
gemonteerde aansluitkabel is verboden.
[7]
Etiket met leidingaansluitingen en elektrische aansluitingen. Het
etiket bevindt zich op de voorkant van het middenstuk.
4
Installatievoorbereiding
4.1
Montage van de koelunit
• De koelunit wordt in het gebouw op een wand met ten minste 20 kg
draagkracht aangebracht.
• Het montagewand moet effen zijn, omdat het middenstuk absoluut
dicht met de achterwand moet afsluiten.
• Bij gebruik van ethanol als vorstbescherming in de bron moet de om-
gevingstemperatuur van de koelunit tussen +10 °C en +28 °C bedra-
gen.
• Bij gebruik van glycol als vorstbescherming in de bron moet de omge-
vingstemperatuur van de koelunit tussen +10 °C en +35 °C bedra-
gen.
Installatievoorbereiding
7