Inhoudsopgave
Advertenties
Technische gegevens
9.2
Systeemoplossingen
9.2.1
Systeemoplossingen met passieve koelunit
De getoonde systeemoplossingen zijn standaardoplossingen met geïn-
stalleerde passieve koelunit. Deze oplossingen dienen als voorbeelden
voor de integratie van een passieve koelunit in de installatie. Andere
systeemoplossingen worden in de Systeemwijzer en/of de installatie-in-
structie van de warmtepomp vermeld.
Passieve koeling, algemeen
De koelperiode wordt geactiveerd, zodra de buitentemperatuursensor
gedurende een langere dan de ingestelde periode een temperatuur regi-
streert, die boven de ingestelde temperatuur ligt. De koelperiode wordt
gedeactiveerd, zodra de buitentemperatuursensor gedurende een lan-
gere dan de ingestelde periode een temperatuur registreert, die onder
de ingestelde temperatuur ligt. De koelmodus kan alleen geactiveerd
worden, terwijl de koelperiode actief is. De koelmodus wordt geacti-
veerd, als de kamertemperatuursensor een temperatuur registreert, die
+0,5 K boven de ingestelde kamertemperatuur ligt. De koelmodus wordt
gedeactiveerd, als de kamertemperatuursensor een temperatuur regi-
streert, die -0,5 K onder de ingestelde kamertemperatuur ligt. De ge-
bruikte kamertemperatuursensoren moeten van de verwarmings- naar
de koelmodus kunnen wisselen, omdat de verdeling van centrale verwar-
ming en koeling via hetzelfde systeem verloopt.
Koeling boven het dauwpunt (bijv. koeling via vloerverwarming)
In de koelmodus is de aanvoertemperatuur op een vaste waarde be-
grensd. Als de kamertemperatuur- en vochtsensor echter een dauwpunt
meet dat hoger is dan de vaste gewenste waarde + een gespecificeerd
bereik, zal het worden verhoogd. Een dauwpuntbewaking (MD1) be-
schermt tegen condensatie en schakelt de koelmodus uit, als er zich toch
nog condenswater vormt. Koeling boven het dauwpunt is de meest voor-
komende en ook de meest geschikte bedrijfsmodus voor passieve koe-
ling. Het temperatuurverschil tussen de brine-temperatuur en de
temperatuur van de koeling is relatief hoog. Naast de reeds in het bron-
circuit aanwezige leidingisolatie is er geen bijkomende isolatie noodza-
kelijk. De in de desbetreffende regio geldige richtlijnen voor de isolatie
van buizen moeten nageleefd worden.
Koeling onder het dauwpunt (bijv. ventilatorconvectoren)
In de koelmodus wordt de aanvoertemperatuur op een vastgelegde
waarde ingesteld. Alle buizen in het verwarmings-/koelsysteem moeten
voor de bescherming tegen condensatie geïsoleerd zijn. Bovendien moe-
ten er opvangkuipen geïnstalleerd worden om het condenswater van alle
koelapparaten op te vangen. Het potentiële koeleffect blijft omwille van
het lage temperatuurverschil tussen bron- en koeltemperatuur gering.
De in de desbetreffende regio geldige richtlijnen voor de isolatie van bui-
zen moeten nageleefd worden.
Standaardinstallatie van de passieve koelunit
(zonder bypass of buffervat)
De geïntegreerde boilerlaadpomp (PC0) zorgt voor de circulatie in de
passieve koelunit, in de warmtepomp en in de centrale verwarmings-/
koelinstallatie. Alleen voor de koelmodus boven het dauwpunt.
Passieve koelunit met bypass
De externe cv-pomp (PC1) zorgt voor de circulatie in de passieve koe-
lunit, in de warmtepomp en in de centrale verwarmings-/koelinstallatie.
Voor de verwarmings- en de koelmodus is een gegarandeerd minimaal
debiet in de cv-installatie noodzakelijk. De koeling is boven en onder het
dauwpunt mogelijk.
18
Passieve koelunit met buffervat
De externe cv-pomp (PC1) zorgt voor de circulatie in het buffervat, in de
passieve koelunit en in de centrale verwarming-/koelinstallatie. Met
standaardbuffervat is alleen een koeling boven het dauwpunt mogelijk.
Bij koeling onder het dauwpunt is een buffervat noodzakelijk, dat voor
watertemperaturen onder het dauwpunt geschikt is.
Het product mag alleen overeenkomstig de officiële systeemoplossingen
van de fabrikant worden geïnstalleerd. Daarvan afwijkende systeemop-
lossingen zijn niet toegestaan. Schade en problemen die ontstaan door
een ontoelaatbare installatie zijn van de aansprakelijkheid uitgesloten.
HP-PCU – 6721838568 (2021/09)
Advertenties
Inhoudsopgave
