7. INBEDRIJFSTELLING
7.1 EINDCONTROLES
1. Controleer of de door de vleugel gegenereerde krachten binnen
de limieten van de regelgeving vallen. Gebruik een impactcurve
meetinstrument overeenkomstig de norm EN 12453. Voor de
niet-EU-landen en bij gebrek aan een specifieke plaatselijke re-
gelgeving, moet de kracht minder zijn dan 150 N statisch.
2. Controleer of de maximale kracht voor de handmatige verplaatsing
van de vleugel lager is dan 225 N in woongebieden en 260 N in
commerciële of industriële gebieden.
3. Controleer de correcte werking van het automatiseringssysteem
met alle geïnstalleerde voorzieningen.
7.2 EINDHANDELINGEN
4. Markeer op gepaste wijze de zones waar er, ondanks alle genomen
veiligheidsmaatregelen, sprake is van restrisico's.
5. Breng op een zichtbare positie op de poort het bord met de waar-
schuwing "GEVAAR AUTOMATISCHE BEWEGING" aan.
6. Breng op de poort de CE-markering aan.
7. Stel de EG-conformiteitsverklaring van de machine en het Ap-
paratuurregister op.
8. Overhandig aan de eigenaar/bediener van het automatiserings-
systeem de CE-conformiteitsverklaring, het Apparatuurregister
met het onderhoudsplan en de gebruiksaanwijzing van het
automatiseringssysteem.
422
8. ACCESSOIRES
Vast te metselen plaat
Slot voor ontgrendeling met
persoonlijke sleutel
17
Koppeling voor RTA-mantel
SAFEcoder absolute magnetische en-
coder BUS
732870 - Rev.C