Veilig gebruik
~
Bewaar geen explosieve stoffen of -
producten met brandbare drijfgassen
(bijv. spuitbussen) in het toestel. Als de
thermostaat wordt ingeschakeld, kun-
nen er vonken ontstaan. Die kunnen
ontvlambare mengsels tot ontploffing
brengen.
~
Gebruik geen elektrische toestellen
in het toestel (bijv. om softijs te maken).
Er kunnen vonken ontstaan. Ontplof-
fingsgevaar!
~
Plaats dranken met een hoog alco-
holpercentage enkel rechtop en goed
afgesloten in de koelzone.
Ontploffingsgevaar!
~
Als u levensmiddelen eet die te lang
bewaard werden, bestaat er gevaar
voor voedselvergiftiging.
De bewaarduur is afhankelijk van di-
verse factoren, zoals de versheid en
kwaliteit van de levensmiddelen en de
temperatuur waarop ze worden be-
waard. Hou rekening met de
bewaarinstructies en de
verbruikstermijnen van de fabrikant van
de levensmiddelen.
~
Behandel de deurdichting niet met
olie of vet.
Daardoor wordt de deurdichting na ver-
loop van tijd poreus.
~
Als u in het toestel of in het
flessenrek vet- of oliehoudende levens-
middelen bewaart, dient u ervoor te
zorgen dat eventueel uitlopend vet of
uitlopende olie niet in contact komt met
de kunststofonderdelen.
Er kunnen spanningsscheuren in de
kunststof ontstaan, zodat die barst of
scheurt.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
~
Dek de luchttoevoer- en luchtafvoer-
openingen in de sokkel niet af.
Als deze openingen afgedekt zijn, kan
er geen goede luchtcirculatie plaatsvin-
den. Het stroomverbruik stijgt en scha-
de aan onderdelen kan niet worden uit-
gesloten.
~
Het toestel is geconstrueerd voor
een bepaalde klimaatklasse (bereik van
de kamertemperatuur) waarvan de
onder- en bovengrens moeten worden
gerespecteerd. De klimaatklasse is ver-
meld op het typeplaatje aan de binnen-
zijde van het toestel.
Een te lage kamertemperatuur heeft tot
gevolg dat de compressor gedurende
een lange tijd stilstaat, zodat het toestel
de vereiste temperatuur niet kan aan-
houden.
~
Gebruik voor het reinigen van het
toestel in geen geval een stoomreini-
ger.
Stoom kan in aanraking komen met on-
derdelen van het toestel die onder
spanning staan en zo een kortsluiting
veroorzaken.
9