3.
Plaats de fles op een precisie weegschaal. Weeg de fles.
4.
Open de fleskraan.
5.
Open voorzichtig en lichtjes de rode klep van de HP manometer en controleer de waarde die de
schaal aangeeft. Zodra de weergegeven waarde overeenkomt met de berekende waarde minus
30 gram, sluit u de rode klep van de HP-manometer en vervolgens die van de vloeistoffles zonder
de slangen los te koppelen.
6.
Pomp het koelmiddel terug in de buitenunit (pomp omlaag) zodat de blauwe slang en eventueel
de koelmiddelcilinder kunnen worden losgekoppeld zonder dat er koelmiddel lekt (laat in dit geval
het rode HP-ventiel op de manometer open).
Indien de extra lading niet kon worden bereikt (te lage druk in de cilinder), moet
de werking worden voortgezet met het systeem in werking (in de modus COLD en
TEST) en door de rode klep op de HP-manometer voorzichtig te openen om een
plotselinge instroom van vloeistof in vloeibare toestand aan de zuigzijde van de
compressor te voorkomen.
8.4. Toelating gas in de installatie
1.
Verwijder de blinde stoppen voor toegang tot de klepbediening van de buitenunit.
2.
Open eerst de vloeistofkraan (kleine kraan) en vervolgens de gaskraan (grote kraan) tot het
maximum met een zeskant-/alensleutel (tegen de klok in) zonder de aanslag te ver te forceren.
Buitenunit
8.5. Controleert op lekken in het systeem
Zodra het gas is aangesloten zoals hierboven beschreven, controleert u de verbindingen en
eventuele solderingen op de koelmiddelaansluitingen met een elektronische halogeendetector (als
de dudgeons correct zijn gemaakt, mag er geen lekkage zijn).
In geval van lekkage :
•
Breng het gas terug naar de buitenunit (pomp naar beneden). De druk mag niet onder de
atmosferische druk komen (0 bar ten opzichte van het verdeelstuk) om het teruggewonnen gas
niet te vervuilen met lucht of vocht.
•
Vervang de defecte verbinding.
•
Herhaal de lektest en de vacuümtest
26
R32
Gas
Vloeistof
Gebruik een inbussleutel
Blindstop