Samenvatting van Inhoud voor Atlantic MULTISPLIT AIRCOHEATERS 2U-018NBB
Pagina 1
Installatiehandleiding MULTISPLIT AIRCOHEATERS R32 buitenunit 2U-018NBB Alleen voor gekwalifi ceerd personeel. Bewaar de handleiding voor toekomstig gebruik.
WAARSCHUWINGEN EN VOORZORGSMAATREGELEN Lees de waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen in detail voordat u met de installatie begint. Dit symbool geeft aan dat dit apparaat een ontvlambaar koelmiddel gebruikt. Er bestaat brandgevaar als het koelmiddel lekt en wordt blootgesteld aan een externe ontstekingsbron.
Pagina 4
Algemeen • Installeer en bewaar het toestel niet in de buurt van een warmtebron • Het apparaat niet doorboren of verbranden. • Het apparaat bevat geen onderdelen die door de gebruiker kunnen worden gerepareerd. Breng het naar een installateur. • Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van ten minste 8 jaar oud en door personen met beperkte fysieke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of met gebrek aan ervaring of kennis,...
R32 Koelmiddel • Gebruik koelmiddel voor extra vulling, gereedschap en aansluitingen die specifiek bestemd zijn voor het op het typeplaatje van de unit vermelde koelmiddel. • Laat het koelmiddel niet in de atmosfeer ontsnappen. Als er tijdens de installatie koelmiddel lekt, moet u de ruimte ventileren. Aan het einde van de installatie mag er geen koudemiddel in het systeem lekken.
Koelaansluitingen • Gebruik geen afdichtingsmiddel voor koelmiddel- aansluitingen, omdat dit de binnenkant van de aansluitingen kan verstoppen of vervuilen. Bij gebruik van dergelijke lijm vervalt de garantie van het apparaat. • Alle koelsystemen zijn gevoelig voor verontreiniging door stof vocht. dergelijke verontreinigingen koelcircuit...
Pagina 7
Installatie • Deze airconditioners zijn bestemd voor residentieel commercieel gebruik, om het thermisch comfort van de gebruikers te garanderen. Ze zijn niet bestemd voor gebruik op plaatsen met een hoge vochtigheidsgraad (bloemenwinkel, broeikas, wijnkelder, enz.), waar de omgevingslucht stoffig is en waar aanzienlijke elektromagnetische storingen voorkomen (computerruimte, nabijheid van televisieantennes of relais).
Installatie • Installeer de eenheden op een plaats waar de gas-, vloeistof- en condensaatleidingen gemakkelijk kunnen worden geïnstalleerd. • Installeer de binnenunit, buitenunit, voedingskabels, verbindings- kabels en afstandsbedieningskabels op minstens 1 m afstand van een TV of radio-ontvanger. Dit is om interferentie te voorkomen (zelfs op meer dan 1 m kunnen de signalen echter nog gestoord worden).
Pagina 9
Elektrische aansluitingen • Het contract met de energieleverancier moet voldoende zijn om niet alleen het vermogen van het apparaat te dekken, maar ook de som van de vermogens van alle apparaten die tegelijkertijd in werking kunnen zijn. Als het vermogen onvoldoende is, controleer dan bij de energieleverancier de waarde van het in uw contract opgenomen vermogen •...
Pagina 10
Elektrische aansluitingen • In geval van storing (brandlucht, enz.) de installatie onmiddellijk stopzetten, de stroomonderbreker uitschakelen en een bevoegd persoon raadplegen. • Sluit het toestel aan op aarde. Een onjuiste aarding kan elektrische schokken veroorzaken. • Verkeerde bedrading kan het hele systeem beschadigen. •...
Bescherming van het milieu Dit symbool op het product of op de verpakking geeft aan dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. Daarom moet het worden ingeleverd bij een afvalinzamelingscentrum dat belast is met de recycling van elektrische en elektronische apparatuur.
BUITENUNIT 1. STANDAARD TOEBEHOREN Standaard accessoires zijn altijd inbegrepen in de verpakking. Verzamel de accessoires en instructies voordat u de verpakking weggooit. Gebruik de accessoires volgens de instructies. Accessoire Condensaatuitlaat Antitrilbevestigingen Visueel Hoeveelheid 2. VERPLAATSING VAN DE EENHEID Raak de vinnen niet aan, want dat kan snijwonden veroorzaken. Draag het toestel voorzichtig en houd het vast aan de rechter- en linkerhandgreep.
4. LOCATIE De keuze van de locatie is bijzonder belangrijk, aangezien de latere verplaatsing een lastige operatie is die door gekwalificeerd personeel moet worden uitgevoerd. Bepaal de plaats van de installatie na overleg met de klant. • Installeer de buitenunit op een plaats die zijn gewicht kan dragen en geen trillingen verspreidt.
Pagina 14
Obstakels aan de voorzijde Obstakels voor en achter ≥ 150 ≥ ≥ Eenheid : mm Niet omhoog A Niet-klevende tape B Koppelingen repareren ≥ 15 cm C Verbindingskabel D Condensafvoerleiding E Isolatie ≥ 10 cm F Gat deksel (flens) ≥ 10 cm ≥...
Pagina 15
▪ Grondverankering Installeer de buitenunit niet direct op de grond, omdat dit een storing kan veroorzaken. Condenswater kan bevriezen tussen de vloer en de onderkant van het apparaat en de condensafvoer verhinderen. Zware sneeuwval kan in sommige gebieden de luchtinlaat en -uitlaat blokkeren en de productie van warme lucht verhinderen.
5. CONDENSAFVOER Bij omkeerbare units stroomt het condenswater weg tijdens de verwarming. Sluit de condensaatafvoer aan op een PVC-pijp met een diameter van 16 mm, en neem alle voorzorgsmaatregelen om te voorkomen dat de afvoer bevriest. Installeer de condensafvoer volgens de instructies, en zorg ervoor dat deze goed afloopt.
6. KOELVERBINDINGEN Gebruik alleen een specifieke buis voor koeling met de volgende kenmerken: • Gegloeid koper met een hoog kopergehalte (minimaal 99%); • Intern gepolijst; • Gedroogd; • Gekurkt; • Drukbestendigheid: minimaal 50 bar; • Minimale buisdikte 0,8 mm; • Maximale buisdikte 1,0 mm.
6.2. Flareverbinding ▪ Flare Snij de verbindingen met een pijpsnijder op de juiste lengte. Zorg ervoor dat de verbindingen niet vervormen. Ontbraam voorzichtig en houd de buis naar beneden om te voorkomen dat er slijpsel in komt. Haal de «Flare» moeren van de binnenunit en van de buitenunit. Diameter van de Breedte van de Breedte bij...
Pagina 19
▪ Aansluiting Verwijder alleen de stoppen van de leidingen en kranen wanneer u de aansluiting maakt. Let vooral op de plaatsing van de buis ten opzichte van de fitting. Gebruik 2 sleutels om de flare-moeren in de buisas vast te draaien. Draai de flare-moeren aan met de momentsleutel volgens de aangegeven methode.
6.3. Lengte- en hoogteverschil Minimumlengte (m) Maximale lengte (m) L1 + L2 De buitenunit bevindt zich boven de binnenunits. De buitenunit bevindt zich boven een binnenunit. Binnen- unit Hoogte- verschil: 15 m max. Hoogte- Binnen- verschil : Hoogteverschil: unit 15 m max. 15 m max.
7. ELEKTRISCHE AANSLUITING Stem de aansluitbloknummers van de verbindingskabels van de binnenunit af op die van de buitenunit. Draai de klem op het klemmenblok niet te vast om beschadiging of breuk van de schroef te voorkomen. Het gebruik van fl exibele draden zonder geplooide ronde adereindhulzen wordt afgeraden.
Pagina 22
▪ Kabelvoorbereiding Plaats met behulp van een krimptang een ronde krimpaansluiting op het uiteinde van de draad, met een Strip diameter die overeenkomt met de 10 mm schroeven op het klemmenblok. Ronde kabelschoen ▪ Bedrading naar klemmenblok Schroef met sluitring Kabel Ronde Ronde...
8. INBEDRIJFSTELLING VAN DE INSTALLATIE ▪ Aan te schaff en materialen De druk is hoog en kan niet worden gemeten met standaard Spruitstukken drukmeters. Aanbevolen wordt een manifold met manometers met een meetbereik van -0,1 tot 5,3 MPa (HP) en -0,1 tot 3,8 MPa (BP). Het gebruik van slangen met ¼-draaikleppen vergemakkelijkt de hantering tijdens de inbedrijfstelling (geen doorblazen van Schrader (Vulslang)
8.1. Vacuüm trekken ▪ Kalibratie en controle van een vacuümpomp Controleer de kwaliteit en het oliepeil van de vacuümpomp. Sluit de vacuümpomp aan op een vacuümmeter als de vacuümpomp daar niet mee is uitgerust. Trek een paar seconden vacuüm. De pomp moet zijn vacuümdrempelwaarde bereiken en de naald van de vacuümmeter mag niet bewegen.
8.2. Extra lading (indien nodig) De bijvulling moet plaatsvinden nadat het vacuüm is getrokken en voordat het gas wordt aangezet. Bereken de uit te voeren extra belasting. De onderstaande tabel kan worden gebruikt om snel de extra in te voeren R32-vulling te bepalen, afhankelijk van de lengte van de koelverbinding.
8.3. Toelating gas in de installatie Verwijder de blindstoppen voor toegang tot de klepbediening van de buitenunit. Open eerst de vloeistofkraan (kleine kraan) en vervolgens de gaskraan (grote kraan) tot het maximum met een zeskantige/Allen sleutel (tegen de klok in) zonder buitensporige kracht uit te oefenen op de sluiting..
Pagina 27
Stop het apparaat en verwijder de slangen. Open de vloeistofklep (kleine klep) en vervolgens de gasklep (grote klep). Breng de blindstoppen van de kleppen weer aan en draai ze met een moersleutel vast met de voorgeschreven aanhaalmomenten. Diameter blindstop Aanhaalmoment 1/4"...
9. FOUTCODES Aantal knipperingen Defect Diagnostiek LED1 op de buitenunit Fout Eeprom kaart PCB buitenunit Printplaat buitenunit defect Aansluitingsfout op de vermogens- Defecte voedingsmodule module, overstroom of kortsluiting Bescherming tegen overstroom / Hoofdbesturing mislukt omgekeerde fasevolgorde / overstroom PCB buitenunit, voedingsmodule Communicatiefout tussen defect, of slechte verbinding tussen powermodule en moederbord...
Pagina 29
Aantal knipperingen Defect Diagnostiek LED1 op de buitenunit Thermische overbelasting Kortsluiting / oververhitting van EU-terminal onderdelen Temperatuur warmtewisselaar Probleem warmtewisselaar of binnen te hoog in koelmodus gebrek aan koelmiddel Temperatuur wisselaar binnenunit te Vorstbeveiliging voor binnenunit(s) laag Ongewone absorptie van de Bescherming van overstroom- compressor, of storing in de beveiliging van de compressor...
VOORKOMEN VAN VOCHTPROBLEMEN Vocht tast de werking en de levensduur van uw product ernstig aan. De aanwezigheid van vocht of vreemde voorwerpen in de compressorolie leidt altijd tot uitsluiting van de garantie.. Beneden 10°C worden vacuümtrekken en stikstofblazen minder effectief. De vacuümtijd is afhankelijk van de buitentemperatuur om het in het systeem aanwezige vocht (condensatiedruppels) te verdampen.
AANBEVELINGEN De eenheden moeten goed worden vastgezet. Voldoende vrije ruimte voor een goede luchtcirculatie over de wisselaars. Voldoende vrije ruimte om een goede luchtcirculatie op de wisselaars mogelijk te maken De elektrische installatie wordt uitgevoerd volgens de geldende voorschriften, met name de norm NEN-1010.
Controle van het luchtstroomnetwerk op leidingwerk, • Reinigen van de condensbak van de buitenunit en eventueel de condensafvoer.. Met het serviceboekje van Atlantic Airconditioning kunt u eenvoudig de onderhoudswerkzaam- heden controleren. ONDERHOUD Deze handelingen, die door iedereen kunnen worden verricht, moeten worden uitgevoerd met de hieronder aanbevolen frequenties..
Pagina 33
Datum ingebruikname: WWW.GROUPE-ATLANTIC.NL TEL. +31 (0)318 54 47 00 Contactgegevens van de installateur of klantenservice...
Stempel van de installateur Inbedrijfstelling uitgevoerd door : Op : Handtekening : Installatiedatum : ....Stuur een kopie van deze pagina naar service.nl@groupe-atlantic.com...