Pagina 1
W812 Installatiehandleiding Juli 2002 www.lexmark.com...
Pagina 2
Lexmark International Ltd., Marketing and Veiligheidsinformatie Services Department, Westhorpe House, Westhorpe, Marlow Bucks SL7 3RQ. Lexmark behoudt zich het recht voor de door u verstrekte informatie • Het netsnoer dient te worden aangesloten op een goed geaard...
Inleiding Over de printer Deze printer is verkrijgbaar in twee modellen: • Lexmark™ W812, met een resolutie van 300 tot 600 dots per Printer inch (dpi), 16 MB (zie pagina 1) standaardgeheugen, een lade voor 250 vel en parallelle en USB- connectoren;...
Tevens vindt u daar algemene informatie die van belang is voor beheerders. De informatie op de cd Publications is ook beschikbaar op de website van Lexmark op www.lexmark.com/publications. Naslagkaart en kaart De Naslagkaart en de kaart Papierstoringen verhelpen...
Stap 1: Printer uitpakken Kies een locatie voor de printer: LET OP! De printer weegt 19 kg en moet • Zorg ervoor dat er genoeg door ten minste twee mensen worden ruimte over is voor het openen opgetild. van de printerladen, de kleppen en opties.
Pagina 8
• Cd met stuurprogramma's Netsnoer Als er onderdelen ontbreken of beschadigd zijn, kunt u contact opnemen met Lexmark. U vindt het telefoonnummer van de plaatselijke vestiging op de cd Cd met stuurprogramma's Publications. Bewaar de doos en het verpakkingsmateriaal voor het geval u de printer opnieuw moet inpakken.
Stap 2: Optionele laden installeren U kunt in de printer twee extra papierladen installeren: • Lade voor 250 vel—ondersteunt papierformaten tot A3 en Ledger. Lade voor 250 vel • Lade voor 500 vel—ondersteunt alleen papier van het formaat A4 of Letter, afhankelijk van de lade die u aanschaft.
Pagina 10
Plaats de lade op de locatie die u hebt uitgekozen voor de printer. Als u een lade installeert boven op een andere lade, lijnt u de geleidepennen op de onderste lade uit met de gaten in de onderkant van de bovenste lade. Installeer de volgende lade of ga verder met Stap 3: “Printer plaatsen”...
Stap 3: Printer plaatsen Nadat u een locatie hebt uitgekozen en eventuele optionele laden hebt geïnstalleerd, kunt u de printer plaatsen. LET OP! De printer weegt 19 kg en moet Vraag iemand om u te helpen en door ten minste twee mensen worden gebruik de handgrepen aan de opgetild.
Pagina 12
Ga als volgt te werk als u de printer op een optionele lade installeert: Lijn de geleidepennen op de lade uit met de gaten in de onderkant van de printer. Zorg ervoor dat de printer goed op de ladekast rust. Printer plaatsen...
Pagina 13
Verwijder de laden. Breng op de daarvoor bestemde punten klemmen aan om de printer te vergrendelen aan de bovenste lade. Er zijn twee punten voor klemmen aan de voorkant en twee aan de achterkant. Breng vergrendelingsklemmen aan om eventuele optionele laden aan elkaar te vergrendelen.
Stap 4: Optionele eenheid voor dubbelzijdig afdrukken installeren LET OP! Als u de eenheid voor De printer ondersteunt een optionele dubbelzijdig afdrukken wilt installeren eenheid voor dubbelzijdig afdrukken nadat u de printer gebruiksklaar hebt waarmee u op beide kanten van het gemaakt, moet u eerst de printer papier kunt afdrukken.
Pagina 15
Plaats de twee nokjes op de bovenrand van de eenheid voor dubbelzijdig afdrukken in de gaten in de achterkant van de printer. Laat de eenheid voor dubbelzijdig afdrukken op zijn plaats zakken. Zorg ervoor dat de connector bij de onderkant van de eenheid voor dubbelzijdig afdrukken goed is aangesloten op de printer.
Pagina 16
Draai de twee schroeven aan de onderkant van de eenheid vast. Schroeven Optionele eenheid voor dubbelzijdig afdrukken installeren...
Stap 5: Tonercartridge installeren Ga als volgt te werk om de tonercartridge te installeren: Druk op de ontgrendelingsknop aan de linkerkant van de printer en open vervolgens de bovenklep. Tonercartridge installeren...
Pagina 18
Druk de oranje plastic transportnokjes in de printer naar beneden en naar binnen om ze te verwijderen. U kunt de nokjes weggooien. Verwijder al het karton en ander verpakkingsmateriaal uit de printer. Haal de tonercartridge uit de verpakking. Waarschuwing! Raak de trommel van de fotoconductor aan de onderzijde van de tonercartridge niet aan.
Pagina 19
Schud de cartridge voorzichtig heen en weer om de toner te verdelen. Plaats de cartridge op een vlakke ondergrond en verwijder de verzegeling. Lijn de cartridge uit met de gleuven in de printer. Schuif de cartridge zo ver mogelijk naar binnen. Sluit de bovenklep.
Stap 6: Overlay aanbrengen op het bedieningspaneel Bij de printer kan een overlay voor het bedieningspaneel zijn geleverd, waarop de namen van de knoppen op het bedieningspaneel zijn vertaald. U brengt als volgt een overlay aan: Verwijder de beschermende laag op de achterzijde van de overlay.
Stap 7: Papier laden De printer heeft een standaardlade met een capaciteit van 250 vel en een universeellader met een capaciteit van 150 vel. De totale capciteit is dus 400 vel. Als u optionele laden hebt geïnstalleerd, is het afhankelijk van de configuratie wat de totale capaciteit is (tussen 650 en 1.400 vel).
Laden voor 250 vel Volg de onderstaande instructies om vullen papier te laden in een lade voor 250 vel. Zorg ervoor dat u de aanbevolen capaciteit niet overschrijdt (zie pagina 15). Papierformaten Letter, A4, A5 Volg deze instructies als u papier laadt dat met de lange kant naar voren in de en JIS B5 laden printer ingevoerd wordt.
Pagina 23
Buig de vellen enkele malen en waaier ze uit. Vouw of kreuk het papier niet. Maak op een platte ondergrond een rechte stapel. Plaats het papier met de afdrukzijde naar boven tegen de achterkant van de lade. Laad geen gevouwen of gekreukeld papier.
Pagina 24
Plaats de bovenklep van de lade terug. Plaats de lade weer in de printer. Stel de schakelaar voor het papierformaat in op het formaat van het papier dat u hebt geladen. Selecteer de papiersoort en de papierbron op het bedieningspaneel van de printer.
Papierformaten A3, JIS B4, Volg deze instructies als u papier laadt dat met de korte kant naar voren in de Legal, 8,5x13 en 11x17 laden printer ingevoerd wordt. Haal de lade uit de printer en leg deze op een vlakke ondergrond. Verwijder de klep van de lade.
Pagina 26
Trek het verlengstuk zo ver mogelijk naar buiten. Schuif de vergrendelingen naar buiten om het verlengstuk vast te zetten. Voer de stappen 3 tot en met 12 onder “Papierformaten Letter, A4, A5 en JIS B5 laden” op pagina 16 uit om de lade te vullen. Papier laden...
Laden voor 500 vel Ga als volgt te werk als u A4-papier of vullen Letter-papier (afhankelijk van de aangeschafte lade) wilt laden in een optionele lade voor 500 vel. Zorg ervoor dat u de aanbevolen capaciteit niet overschrijdt (zie pagina 15). Haal de lade uit de printer en leg deze op een vlakke ondergrond.
Universeellader vullen Ga als volgt te werk om papier in de universeellader te laden. Zorg ervoor dat u de aanbevolen capaciteit niet overschrijdt (zie pagina 15). Open de universeellader. Schuif de zijgeleiders in de juiste positie voor het formaat van het papier dat u laadt.
Buig de vellen enkele malen en waaier ze uit. Vouw of kreuk het papier niet. Maak op een platte ondergrond een rechte stapel. Schuif het papier met de te bedrukken kant naar boven in de universeellader, totdat het papier het invoerpunt raakt. Forceer het papier niet.
Stap 8: Geheugenkaarten, firmwarekaarten en optionele kaarten installeren U kunt de geheugencapaciteit van de printer aanpassen en de aansluitingsmogelijkheden vergroten door optionele kaarten toe te voegen. LET OP! Als u geheugenkaarten of Dit gedeelte bevat instructies voor het optionele kaarten wilt installeren nadat u installeren van de volgende opties: de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, •...
Toegangspaneel van Ga als volgt te werk om het systeemkaart toegangspaneel en de klep van de systeemkaart van de printer te verwijderen: verwijderen Druk op de ontgrendelingsknop aan de linkerkant van de printer en open vervolgens de bovenklep. Druk op de ontgrendelingsknop aan de zijkant terwijl u de rechterklep naar de achterzijde van de printer schuift.
Pagina 32
Draai de schroeven van het toegangspaneel los en verwijder het paneel. Wat is de volgende stap? Ga naar Taak pagina… Geheugenkaart installeren Firmwarekaart installeren Optionele kaart installeren Geheugenkaarten, firmwarekaarten en optionele kaarten installeren...
Opmerking: Bepaalde geheugenopties Op de systeemkaart zijn twee die voor andere Lexmark printers connectoren beschikbaar voor optionele beschikbaar zijn, kunnen niet voor uw geheugenkaarten. In deze connectoren printer worden gebruikt. Raadpleeg de kunt u elke combinatie van printer- en cd Publications voor meer informatie.
De systeemkaart beschikt over één locatie voor het installeren van een firmwarekaart. Opmerking: Firmwarekaarten die voor Verwijder het toegangspaneel van andere Lexmark printers beschikbaar de systeemkaart (zie pagina 25). zijn, kunnen niet voor uw printer worden gebruikt. Waarschuwing! Firmwarekaarten...
Pagina 35
Houd de kaart vast bij de twee uiteinden en breng de pinnen op de kaart op één lijn met de gaten op de systeemkaart. Druk de firmwarekaart stevig op zijn plaats. De connector van de firmwarekaart moet over de gehele lengte in aanraking zijn met de systeemkaart.
Optionele kaart De printer heeft één sleuf voor optionele installeren kaarten, waarin de volgende kaarten kunnen worden geïnstalleerd: • Vaste schijf met adapterkaart • MarkNet interne printerserver • RS-232C Seriële/Parallele 1284-C Interfacekaart Installeer een vaste schijf met Installeer een RS-232C Seriële/ Installeer een MarkNet interne adapterkaart als u extra opslagruimte Parallelle 1284-C Interfacekaart als...
Pagina 37
Waarschuwing! Optionele kaarten Haal de optionele kaart uit de kunnen snel beschadigd raken door verpakking. statische elektriciteit. Raak daarom eerst Bewaar de verpakking. een metalen onderdeel van de printer aan voordat u een kaart aanraakt. Breng de connector op de optionele kaart op één lijn met de connector op de systeemkaart.
Toegangspaneel van de Ga als volgt te werk om het systeemkaart weer toegangspaneel en de klep van de systeemkaart weer aan te brengen: aanbrengen Steek het metalen nokje op de onderkant van het toegangspaneel in de printerkast en bevestig vervolgens het paneel met de schroeven.
Label Option Added Het label Option Added (Optie aanbrengen toegevoegd) wijst het onderhoudspersoneel erop dat een optie is geïnstalleerd in de printer. Ga als volgt te werk om het label Option Added aan te brengen: Verwijder de achterkant van het label Option Added.
Zorg ervoor dat de printer is uitgeschakeld en dat u het is een standaardvoorziening van netsnoer van de printer hebt losgemaakt. de Lexmark W812n. Sluit de printer aan op een aansluitpunt van het LAN of een hub met standaardkabels die compatibel zijn met het netwerk.
Sluit de printer aan op de computer met een parallelle kabel, een seriële kabel of een USB-kabel. • Voor een USB-poort is een USB-kabel vereist, zoals de Lexmark kabel met artikelnummer 12A2405 (2 m). Controleer of het USB-symbool op de kabel overeenkomt met het USB-symbool op de printer. Kabels aansluiten...
Pagina 42
• Voor een parallelle poort is een IEEE--1284-compatibele parallelle kabel vereist, zoals de Lexmark kabel met artikelnummer 1329605 (3 meter) of 1427498 (6 meter). Gebruik een IEEE-1284-compatibele parallelle kabel Controleer of het USB-symbool op de om er zeker van te zijn dat u alle functies van de printer kabel overeenkomt met het USB-symbool kunt gebruiken.
Stap 10: Printerinstallatie controleren Printer Steek de stekker aan het ene uiteinde van het netsnoer van de printer in de connector aan de achterkant van de printer en de inschakelen stekker aan het andere uiteinde in een geaard stopcontact. Schakel de printer in. Als de printer lokaal is aangesloten (direct op een computer), laat u de computer en andere aangesloten apparaten uitgeschakeld.
Controleer of de geïnstalleerde hoeveelheid geheugen juist wordt weergegeven onder “Printerinformatie”. Opmerking: Meer informatie Controleer of de papierladen zijn geconfigureerd voor de over het gebruik van het papierformaten en papiersoorten die u hebt geladen. bedieningspaneel van de printer Ga door met “Pagina met netwerkinstellingen afdrukken” op en het wijzigen van de menu- pagina 38 als u de printer op een netwerk hebt aangesloten.
Stap 11: Configureren voor TCP/IP Als TCP/IP beschikbaar is in uw netwerk, raden wij u aan om een IP- adres toe te wijzen aan de printer. IP-adres toewijzen Als uw netwerk gebruik maakt van DHCP, wordt automatisch een IP- aan de printer adres toegewezen nadat u de netwerkkabel op de printer hebt aangesloten.
Als in uw printer een optionele Lexmark ImageQuick™-firmwarekaart pull-afdrukken is geïnstalleerd, kunt u de printer configureren voor Pull Printing, zodra een IP-adres is toegewezen aan de printer. Raadpleeg de cd die bij Lexmark ImageQuick-kaart is geleverd voor nadere informatie over de configuratie. Configureren voor TCP/IP...
Stap 12: Printerstuurprogramma's installeren Een printerstuurprogramma is software die zorg draagt voor de communicatie tussen de computer en de printer. De volgende tabel geeft aan waar u de installatie-instructies kunt vinden die gelden voor uw specifieke situatie. Ga naar Type printerinstallatie Netwerkomgeving of besturingssysteem pagina...
Pagina 48
De nieuwste versies van de systeemstuurprogramma's en de speciale stuurprogramma's zijn te vinden op de website van Lexmark op www.lexmark.com. Ondersteunde afdrukmethoden • Direct afdrukken via IP, als u rechtstreeks wilt afdrukken naar een op het netwerk aangesloten printer •...
Pagina 49
Lexmark op Gebruikershandleiding met gedetailleerde instructies voor de www.lexmark.com. installatie en het gebruik van Lexmark printers in UNIX- en Linux- omgevingen. U kunt deze pakketten met stuurprogramma's downloaden van de website van Lexmark (www.lexmark.com). Het is mogelijk dat deze...
Systeemstuurprogramma's zijn ingebouwd in de Windows- besturingssystemen. De speciale stuurprogramma's zijn beschikbaar op de cd met stuuurprogramma's. De nieuwste versies van de systeemstuurprogramma's en de speciale stuurprogramma's zijn te vinden op de website van Lexmark (www.lexmark.com). Printerstuurprogramma's installeren...
Pagina 51
UNIX- en Linux-platforms kunt u vinden op de website van Lexmark (www.lexmark.com). Elk pakket bevat tevens een Gebruikershandleiding met gedetailleerde instructies voor de installatie en het gebruik van Lexmark printers in UNIX- en Linux-omgevingen. Opmerking: De pakketten Alle pakketten met stuurprogramma's ondersteunen lokaal afdrukken voor Sun Solaris en Linux zijn te via een parallelle aansluiting.
Stap 13: Informatie verschaffen aan gebruikers Gebruikers van de Verschillende typen gebruikers hebben mogelijk behoefte aan printer informatie die op de cd Publications staat: • Gebruikers die afdruktaken versturen • Beheerders van netwerkprinters • Helpdeskmedewerkers • IT-medewerkers Informatie zoeken Start de cd Publications en kijk in de inhoudsopgave welke informatie beschikbaar is.
Start de cd, klik op Andere bronnen en vervolgens op Bestandslocaties. • Verzend de URL van Lexmarks printerdocumentatie (www.lexmark.com/publications) naar de gebruikers van de printer. Gebruikers die toegang hebben tot het Internet, kunnen de site bekijken. • Druk de informatie op de cd af en bewaar de afdruk bij de printer, zodat de informatie ter plekke bij de hand is.