PENTAX Q_DUT.book Page 88 Wednesday, August 24, 2011 10:09 AM
88
De Belichting corrigeren
Hiermee kunt u met opzet overbelichte (lichte) of onderbelichte (donkere)
opnamen maken.
De correctiewaarde kan in stappen van 1/3 EV of 1/2 EV tussen -3 en +3
ingesteld worden, afhankelijk van het gebruikte objectief.
Stapinterval
1/3EV
1/2EV
4
1
Druk op de mc knop (1), en draai
vervolgens aan de e-knop (2).
De belichting wordt aangepast.
De belichtingsbalk wordt tijdens het
afstellen getoond op de monitor.
Druk op de mc knop als u de balk niet
wilt tonen.
• Belichtingscorrectie is niet beschikbaar als de opnamestand is ingesteld
op a (Handmatig).
• De ingestelde belichtingscorrectie wordt niet geannuleerd als u de camera
uitzet of een andere opnamestand kiest.
• Als [Knop Snelinstelling] is toegewezen aan de d/i knop bij [Knop
Snelinstelling] in het menu [A Opnamemodus 3] (p.158), wordt de
correctiewaarde teruggezet naar 0,0 als u op de knop d/i drukt.
Belichtingswaarde
±0.3, ±0.7, ±1.0, ±1.3, ±1.7, ±2.0, ±2.3, ±2.7, ±3.0
±0.5, ±1.0, ±1.5, ±2.0, ±2.5, ±3.0
2
1
+1.7
+1.7
EV
EV
[
[
2000 F2.8
2000
F2.8
1600
1600
1/
1/
Belichtingsbalk
37 ]
37 ]