Het beeld is te licht of te donker.
> Controleer de instelling van de belichtingscompensatie.
Er worden in één keer meervoudige beelden opgenomen.
> Zet Auto Bracket
Het object is niet goed scherp.
•
Het focusbereik varieert afhankelijk van de opnamefunctie.
> Stel op de juiste functie in voor de afstand naar het onderwerp.
•
Het onderwerp ligt buiten het focusbereik van het toestel.
•
Er is camerabeweging (golfstoring) of het onderwerp beweegt enigszins.
De automatische focus en andere operaties werken niet normaal.
•
Zet de stroom weer aan. Als de operaties nog steeds niet normaal werken, de stroom
verwijderen en de dealer of uw dichtsbijzijnde servicecentre raadplegen.
Het opgenomen beeld is wazig. De optische beeldstabiliseerder is niet effectief.
> De sluitertijd wordt langzamer wanneer beelden gemaakt worden op donkere plaatsen,
houd daarom het toestel stevig vast met beide handen om de beelden te maken.
> Wanneer u beelden maakt met een langzame sluitertijd, de zelfontspanner gebruiken.
(P62)
Het is niet mogelijk beelden maken m.b.v. auto bracket.
•
Is er nog ruimte over in het ingebouwde geheugen of op de kaart?
Het opgenomen beeld ziet er onafgewerkt uit. Er verschijnt ruis op het beeld.
•
Is de ISO-gevoeligheid hoog of de sluitertijd langzaam?
(De ISO-gevoeligheid is ingesteld op [
als u binnenshuis, enz. beelden maakt enz. ruis verschijnen.)
> De ISO-gevoeligheid verminderen.
> Beelden op heldere plekken maken.
•
Heeft u [H. gevoeligh.] in de scènemodus of [Burstfunctie] in het [Opname]-menu op [
[
] gezet? Zo ja, neemt de resolutie van het gemaakte beeld enigszins af vanwege hoge
gevoeligheid-verwerking, maar dit is geen storing.
(P64)
of [Burstfunctie]
(P82)
Overige
(P63)
(P89)
van het [Opname] menu op [OFF].
(P33)
] wanneer het toestel vervoerd wordt. Daarom zal er
- 141 -
(P26)
(P26)
] of