AF-modus
Opnamefuncties >
Actief AF
Als u de [Ontspanknop] half indrukt, detecteert de camera automatisch
de bewegingen van het onderwerp en wordt geschakeld tussen
Enkelvoudige AF en Continu AF. De scherpstelling wordt vastgezet op
het onderwerp wanneer het onderwerp te ver bij de camera uit de buurt
komt (Enkelvoudige AF). De camera blijft automatisch scherpstellen
wanneer het onderwerp dichter bij de camera komt (Continu AF). Deze
modus wordt aanbevolen voor het opnemen van onderwerpen die op een
onvoorspelbare manier bewegen.
Handmatig scherpstellen
U kunt handmatig op het onderwerp scherpstellen door aan de
scherpstelring op de lens te draaien. Met de MF-helpfunctie kunt u
eenvoudig scherpstellen. Wanneer u de scherpstelring draait, wordt het
scherpstelgedeelte vergroot. Wanneer u de functie Uitlichten gebruikt,
wordt de geselecteerde kleur weergegeven op het scherpgestelde
onderwerp. Deze modus wordt aanbevolen voor het fotograferen van
onderwerpen die eenzelfde kleur als de achtergrond hebben en voor
nachtelijke scènes en vuurwerk.
Als u deze functie gebruikt kunt u de opties Aanraak AF, AF-gebied en
Koppel AE met AF niet gebruiken.
97