Een reeks selecteren
1
Selecteer [Select. reeks].
●
Volg stap 2 bij "Een selectiemethode
selecteren" ( = 70) om [Select. reeks]
te selecteren en druk op de knop [ ].
2
Selecteer de beelden.
●
Voer de stappen 2 – 3 in "Een reeks
selecteren" ( = 68) uit om beelden op
te geven.
3
Wis het beeld.
●
Druk op de knop [ ] om [Wissen] te
kiezen en druk vervolgens op de knop
[ ].
Alle beelden in één keer opgeven
1
Selecteer [Sel. alle beelden].
●
Voer stap 2 uit bij "Een selectiemethode
selecteren" ( = 70), kies [Sel. alle
beelden] en druk op de knop [ ].
2
Wis het beeld.
●
Druk op de knoppen [ ][ ] om [OK] te
kiezen en druk vervolgens op de knop
[ ].
Beelden roteren
Wijzig de stand van beelden en sla ze als volgt op.
1
Selecteer [ ].
●
Druk op de knop [ ] en selecteer [ ] in
het menu ( = 24).
2
Draai het beeld.
●
Druk op de knop [ ] of [ ], afhankelijk
van de gewenste richting. Het beeld
wordt telkens als u op de knop drukt 90°
geroteerd. Druk op de knop [ ] om de
instelling te voltooien.
Via het menu
1
Selecteer [Roteren].
●
Druk op de knop [
[Roteren] op het tabblad [
Vóór gebruik
Basishandleiding
Foto's
Films
Handleiding voor gevorderden
1
Basishandelingen van
de camera
2
Auto-modus
3
Andere opnamestanden
4
P-modus
5
Afspeelmodus
6
Wi-Fi-functies
7
Menu Instellingen
8
Accessoires
9
Bijlage
Index
] en kies
] ( = 25).
71