1.5.5
230V vermogensgedeelte
Lees voordat u aan het elektrische systeem
(230 Volt) gaat werken de
veiligheidsinstructies in de
gebruikershandleiding.
De generator dient zo op het boordnet aangesloten te
worden dat aan alle plaatselijke voorschriften wordt
voldaan. Het kan nodig zijn daartoe schakelaars,
zekeringen en extra stopvoorzieningen in te bouwen. Ook
een verdeling van de belasting in apart gezekerde
groepen is belangrijk. In ieder geval moet tussen de
generatoruitgang en het scheepsnet een circuitbreaker of
schakelaar worden opgenomen die generator en boordnet
volledig kan scheiden. Met deze schakelaar moeten alle
gebruikers in een keer kunnen worden afgeschakeld.
Deze schakelaar kan ook dienen om bij gebruik van een
walaansluiting de generator volledig af te schakelen. Het
scheepsnet dient geschikt te zijn voor 230V en het
geleverde vermogen. Zie erop toe dat het systeem wordt
geïnstalleerd door een ter zake deskundige installateur.
1
ZEKERINGEN
Tussen de uitgang van de generator en de ingang van het
boordnet dient u ter beveiliging van het boordnet een
zekering
(automaat)
op
uitgangsstroom bedraagt (bij 230V):
Model
Whisper 8 Ultra
Whisper 10 Ultra
Whisper 12 Ultra
Whisper 16 Ultra
De zekeringen dienen een trage uitschakelkarakteristiek te
hebben. Eventuele elektromotoren of pompen in het
boordsysteem
moeten
motorbeveiligings-schakelaar.
2
AARDING
De vermogenswikkelingen van de generator liggen niet
aan aarde. De behuizing van de dynamo en alle andere
metalen onderdelen van de generator zijn wel geaard.
Het verbinden van de nulleider (N) met de de aarde (PE)
van de 230 V generator maakt onderdeel uit van het te
kiezen beveiligingssysteem en moet alleen plaats vinden
als een systeem wordt toegepast dat dit vereist. Voor
kleine pleziervaartuigen (lengte tot 24 meter) wordt een
aardlekbeveiliging voorgeschreven door de CE-richtlijn
pleziervaartuigen 94/25/EC die via de "guidelines" verwijst
naar (ISO 13297). In dat geval moet op de generator de
nul aan de aarde verbonden worden De groen/gele draad
NL / WHISPER 8/10/12/16 ULTRA / December 2008 / Copyright © 2008 Mastervolt
te
nemen.
De
maximale
maximale uitgangsstroom
per fase
35A
43A
52A
70A
voorzien
zijn
van
is de aarde draad (PE); de blauwe draad is de nulleider
(N). In geval van doorverbinden, moet de blauwe draad
verbonden worden met het punt op het chassis waaraan
de geel/groene draad reeds is gemonteerd.
WAARSCHUWIING
Welk isolatiesysteem men ook toepast; in elk
geval moeten omschakelsystemen tussen
wal, generator en omvormer zowel de fase (L)
als de nulleider (N) schakelen.
De verschillende mogelijkheden voor aardlekbeveiliging of
isolatiebewaking zijn onderworpen aan richtlijnen die per
toepassing en ook regionaal kunnen verschillen. Zelfs voor
bepaalde ruimten in het schip kunnen afwijkende normen
gelden. Hiervoor werd reeds gerefereerd aan de CE
richtlijn voor pleziervaartuigen. Deze richtlijn geldt in
Europa voor kleine pleziervaartuigen tot 24 meter. Soms
heeft men echter te maken met de regels van
certificatiebureaus, arbeidsinspectie, bouwverordeningen,
de NEN1010 enz. Hierover dient men deskundig advies in
te
winnen.
aansluiting van de startaccu op een centraal punt met de
massa van het schip te worden doorverbonden. Voor
massavrije toepassing van de Whisper is een aparte
uitvoering verkrijgbaar.
3
KABEL
Voor de bedrading dient u oliebestendige kabel te
gebruiken met drie aders (230V) of vijf aders (400V) met
een soepele kern. Hiervan is een van de aders bestemd
voor de aarding (PE). Gebruik kabel met voldoende
aderdoorsnee. Gebruik bij toepassing van zeer lange
kabels een grotere aderdoorsnee (raadpleeg hiertoe ISO
13297 annex A).
4
OMSCHAKELSYSTEEM
Bij gebruik van schakelaars om bijvoorbeeld te kunnen
schakelen tussen de walstroom, omvormer of generator
een
dient u gebruik te maken van deugdelijke systemen die
tweepolig schakelen. De nulleider (N) moet dus altijd
tegelijk met de fase (L) schakelen. Indien de nulleider (N)
niet
tegelijk
levensgevaarlijke situaties ontstaan met schade aan de
generator en/of de aangesloten belasting tot gevolg.
Indien het omschakelen plaats vindt met behulp van relais
dient deze schakeling zodanig te zijn ontworpen dat het
klapperen van de relais wordt voorkomen. Hiervoor dienen
diverse tijdvertragingen bij het schakelen te worden
ingebouwd.
Mastervolt
adviseert
gebruiken.
Deze
boordnet automatisch over van walstroom naar generator
en omgekeerd naar gelang de beschikbaarheid daarvan.
Als
veiligheidsmaatregel
met
de
fase
(L)
schakelt,
u
de
Mass
Systemswitch
Mass
Systemswitch
INSTALLATIE
dient
de
min
kunnen
te
schakelt
het
19