1
2
1
Systeem-LEDs
worden gebruikt om de voedingsspanning,
storingen en alarmen van het systeem te
signaleren
2
LEDs van gebieden
worden gebruikt om aan te geven welke
gebieden zijn ingeschakeld of waar een
alarm is opgetreden
3
CLEAR-toets
wordt gebruikt om de huidige display-
functie te verlaten
4
Alfanumerieke toetsen
worden gebruikt om gegevens en
codes in te voeren
5
MENU* toets
wordt gebruikt om:
- de login-prompt van het menu te tonen
- met een achterwaartse stap een
verkeerde invoer te wissen
- achterwaarts door het menu
te bladeren
E
EN BLIK OP HET BEDIENINGSPANEEL
3
4
5
6
ENTER-toets
wordt gebruikt om:
- een stap te voltooien
- door het menu te bladeren
7
OFF-toets
wordt gebruikt om na invoer van uw PIN-
code het systeem uit te schakelen
8
ON/NEXT-toets
NEXT-toets
wordt gebruikt om:
- het volgende item in een menulijst
te tonen
- getoonde informatie te verversen
ON-toets
wordt gebruikt om na invoer van uw
PIN-code het systeem in te schakelen
9
LCD-display
wordt gebruikt om teksten weer
te geven
9
8
7
6