Vóór het gebruik
Smeerolie van de tandwielkast
controleren
De tandwielkast is ontworpen voor gebruik met
SAE 80–90 tandwielolie. De tandwielkast is in de fabriek
gevuld met olie; het oliepeil moet echter worden
gecontroleerd voordat het maaidek voor de eerste keer
wordt gebruikt.
1. Plaats het maaidek op een horizontaal oppervlak.
2. Verwijder de peilstok-/vulplug op de bovenkant van de
tandwielkast ((Fig. 9) en controleer of het peil van de
smeerolie tussen de merktekens op de peilstok staat. Als
het peil te laag is, vult u voldoende olie bij totdat het
peil tussen de merktekens staat.
Figuur 9
1. Peilstok-/vulplug
De maaihoogte instellen
De maaihoogte kan worden afgesteld van 38 tot 114 mm in
stappen van 13 mm door een gelijk aantal afstandsstukken
toe te voegen aan de voor- en achterzwenkwielvorken of
daaruit te verwijderen. Onderstaande maaihoogtetabel geeft
aan welke combinatie afstandsstukken moet worden
gebruikt om de maaihoogte af te stellen.
Maaihoogte
38 mm
51 mm
64 mm
77 mm
90 mm
103 mm
1
116 mm
Start de motor en hef het maaidek op zodat de maaihoogte
kan worden gewijzigd. Zet de motor af nadat het maaidek
is opgeheven.
De machine kan worden ingesteld op een maaihoogte van
25 mm door de zwenkwielvorken als volgt te veranderen:
1. Verwijder de voor- en achterzwenkwielvorken van het
maaidek en haal de zwenkwielen uit de vorken.
2. Boor de gaten met een diameter van 11 mm (Fig. 10
en 11) in beide zijden van de zwenkwielvorken uit tot
een diameter van 12,7 of 13,1 mm.
3. Plaats de zwenkwielen in de nieuwe gaten op de vorken
en monteer de vorken aan het maaidek.
Opmerking: De sticker voor de maaihoogte wijkt nu
13 mm af voor de plaatsing van afstandsstukken en de
machine kan worden ingesteld op maaihoogten van 25 tot
102 mm.
14
Afstandsstukken onder
zwenkwielarm
Vóór
Achter
0
0
1
1
2
2
3
3
4
4
5
5
6
6