Opmerking: Wanneer er geen kookgerei op de kook-
plaat staat, of de pan niet geschikt is, dan knippert de
gekozen vermogensstand. Na een bepaalde tijd wordt
de kookzone uitgeschakeld.
quickStart
Als u vóór het inschakelen van het apparaat een of
▶
meerdere pannen op een kookzone plaatst, herkent
de kookplaat deze en kiest de kookplaat automa-
8.4 Kooktips
¡ Wanneer u puree, romige soepen of dikvloeibare
sauzen opwarmt, deze af en toe omroeren.
¡ Om voor te verwarmen, kookstand 8-9 instellen.
¡ Wanneer u bereidt met deksel, de kookstand verla-
gen zodra er stoom vrijkomt. Het bereidingsresultaat
wordt door het vrijkomen van stoom niet beïnvloed.
¡ Doe na het bereiden een deksel op het kookgerei,
totdat u het gerecht serveert.
¡ Houd voor het bereiden met de snelkookpan de
aanwijzingen van de fabrikant aan.
¡ Levensmiddelen niet te lang bereiden, voor het be-
houd van de voedingswaarde. Met de kookwekker
kunt u de optimale bereidingstijd instellen.
¡ Zorg ervoor dat de olie niet rookt.
¡ Om de levensmiddelen te bruinen, deze na elkaar
en in kleine porties aanbraden.
¡ Sommige pannen kunnen bij het bereiden hoge
temperaturen bereiken. Gebruik daarom pannenlap-
pen.
¡ Advies voor energiezuinig koken kunt u vinden on-
der
→ "Energie besparen", Pagina 5
Kookadviezen
De tabel geeft aan welke vermogensstand (
welk levensmiddel geschikt is. De bereidingstijd (
)kan variëren afhankelijk van de soort, het gewicht, de
dikte en de kwaliteit van de levensmiddelen.
Smelten
Chocolade, couverture
Boter, honing, gelatine
Verwarmen en warm houden
Eenpansgerecht, bijv. linzen-
schotel
1
Melk
1
Gekookte worstjes
Ontdooien en opwarmen
Spinazie, diepvries
Goulash, diepvries
Gaarstoven, zachtjes laten ko-
ken
1
Aardappelballetjes
1
Vis
Zonder deksel
1
2
Voorverwarmen op kookstand 8 - 8.5
) voor
1 - 1.5
-
1 - 2
-
1.5 - 2
-
1.5 - 2.5
-
3 - 4
-
3 - 4
15 - 25
3 - 4
35 - 55
4.5 - 5.5
20 - 30
4 - 5
10 - 15
tisch de kookzone voor één van de pannen. Vervol-
gens in de volgende 59 seconden de vermogens-
stand kiezen, anders schakelt de kookplaat zelf uit.
Kookstand wijzigen en kookzone uitschakelen
Kies de kookzone.
1.
De gewenste vermogensstand kiezen of op
2.
len.
a De vermogensstand van de kookzone wordt gewij-
zigd of de kookzone wordt uitgeschakeld.
Witte sauzen, bijv. bechamel-
saus
Geklopte sauzen, bijv. bearnai-
sesaus, hollandaisesaus
Koken, stomen, stoven
Rijst met dubbele hoeveelheid
water
2
Rijstepap
Aardappelen in schil
Gekookte aardappelen
1
Pasta
Eenpansgerecht
Soepen
Groente
Groente, diepvries
Eenpansgerecht met de snel-
kookpan
Sudderen
Rolgebraad
Stoofvlees
2
Goulash
Sudderen / braden met weinig
1
vet
Schnitzel, al dan niet gepa-
neerd
Schnitzel, diepvries
Koteletten, al dan niet gepa-
neerd
Steak (3 cm dik)
Filet van gevogelte, 2 cm dik
Borst van gevogelte, diepvries
Gehaktballen (3 cm dik)
Hamburger (2 cm dik)
Vis en visfilet, ongepaneerd
Vis en visfilet, gepaneerd
Vis, gepaneerd en diepvries,
bijv. vissticks
Garnalen en krab
Zonder deksel
1
2
Voorverwarmen op kookstand 8 - 8.5
De Bediening in essentie nl
instel-
1 - 2
3 - 6
3 - 4
8 - 12
2.5 - 3.5
15 - 30
2 - 3
30 - 40
4.5 - 5.5
25 - 35
4.5 - 5.5
15 - 30
6 - 7
6 - 10
3.5 - 4.5
120 -
180
3.5 - 4.5
15 - 60
2.5 - 3.5
10 - 20
3.5 - 4.5
7 - 20
4.5 - 5.5
-
4 - 5
50 - 65
4 - 5
60 - 100
3 - 4
50 - 60
6 - 7
6 - 10
6 - 7
6 - 12
6 - 7
8 - 12
7 - 8
8 - 12
5 - 6
10 - 20
5 - 6
10 - 30
4.5 - 5.5
20 - 30
6 - 7
10 - 20
5 - 6
8 - 20
6 - 7
8 - 20
6 - 7
8 - 15
7 - 8
4 - 10
9