U kunt de voorste en achterste zone gescheiden van
elkaar gebruiken en voor elke een eigen vermogens-
stand instellen.
Attentie
Plaats geen kookgerei in het midden tussen de rechter-
en linkerzone. De kookzones worden anders niet cor-
rect geactiveerd en u realiseert geen goed bereidings-
resultaat.
Tijdfuncties
11 Tijdfuncties
Uw kookplaat beschikt over verschillende functies voor
het instellen van de bereidingstijd:
¡ Uitschakeltimer
¡ Timer
Aan de knop
is standaard de functie Uitschakeltimer
toegekend. U kunt de sensor echter ook aan één van
de hierboven genoemde functies toekennen.Deze in-
stellingen kunt u via de Home Connect app of onder
Basisinstellingen wijzigen → Pagina 15.
11.1 Uitschakeltimer
Maakt de programmering mogelijk van een bereidings-
tijd voor één of meerdere kookzones en hun automati-
sche uitschakeling na het verstrijken van de ingestelde
tijd.
Uitschakeltimer inschakelen
Kookzone en vermogensstand kiezen.
1.
Druk op
.
2.
en
branden.
a
Stel binnen de volgende 10 seconden in het instel-
3.
gebied de gewenste bereidingstijd in.
Raak
aan om te bevestigen.
4.
a Wanneer de bereidingstijd is verstreken, schakelt de
kookzone uit en er klinkt een signaal.
Opmerkingen
¡ Wanneer in een kookzone, waarin fryingSensor is
geactiveerd, een bereidingstijd is geprogrammeerd,
begint de geprogrammeerde bereidingstijd af te tel-
len, zodra het gekozen temperatuurniveau is bereikt.
10.2 Schakel flexInduction in
Plaats het kookgerei op de kookzone.
1.
Het apparaat herkent het kookgerei en kiest de
2.
kookzone.
a Al naar gelang de grootte en positie van de pan
worden de kookzones automatische gescheiden of
verbonden.
a Als de flexibele zone verbroken is, brandt
der.
Opmerkingen
¡ U kunt de instellingen van de kookzones handmatig
wijzigen door op
te drukken.
¡ Wanneer u het kookgerei van een actieve verbon-
den kookzone verplaatst of optilt, start automatische
een zoekfunctie. Elke kookgerei, dat bij deze zoek-
actie binnen de kookzone wordt gevonden, wordt
verwarmd met de eerder gekozen kookstand.
¡ Druk, om de aanwijzing tussen de functietempera-
tuur fryingSensor en de geprogrammeerde berei-
dingstijd te wisselen, op de gekozen temperatuur.
Uitschakeltimer wijzigen of uitschakelen
Kies de kookzone en raak vervolgens het sym-
1.
bool
aan.
Wijzig om de functie uit te schakelen de bereidings-
2.
tijd, of zet deze op
11.2 Timer
Maakt de activering van een timer mogelijk. Deze func-
tie is onafhankelijk van de kookzones en andere instel-
lingen. Deze schakelt de kookzones niet automatisch
uit.
Timer inschakelen
de functie toewijzen.
Vereiste:
Druk op
.
1.
Kies de gewenste tijd.
2.
a De tijd begint af te lopen.
a Als de tijd is verstreken, klinkt er een signaal en
knipperen de displays.
Timer wijzigen of uitschakelen
Druk op
.
1.
Wijzig om de functie uit te schakelen de bereidings-
2.
tijd, of zet deze op
Tijdfuncties nl
helder-
.
.
11