Scherpstelmethoden
De scherpstelmethode wijzigen
Afhankelijk van het te fotograferen onderwerp
kunnen er diverse scherpstelmethoden worden
gebruikt.
1
Druk in de opnamemodus op [MENU].
2
Selecteer Opname 2 (
AF-modus → een optie.
Als er wordt scherpgesteld
Enkelvoudige
door [Sluiter] half in te
AF
drukken, houdt u op die
manier de scherpstelling vast.
Terwijl u [Sluiter] half
ingedrukt houdt, wordt de
Continu AF
scherpstelling continu op het
onderwerp aangepast.
U regelt de scherpstelling
Handm.
handmatig door aan de
scherpst.
scherpstelring te draaien.
/
) →
2
2
• Met behulp van het controleniveau van
[AF/MF] kan de scherpstelling handmatig
worden aangepast.
• Wanneer er geen AF/MF-schakelaar op het
objectief aanwezig is, kan de scherpstelling
in de AF-modus handmatig worden geregeld
als u Handm. scherpte (MF) selecteert.
• Welke opties beschikbaar zijn, kan per
objectief verschillen.
• Wanneer u de scherpstelling handmatig
regelt, kan de foto onscherp worden
als er niet nauwkeurig is scherpgesteld.
Neem pas een foto nadat er nauwkeurig is
scherpgesteld.(pag. 30)
• U kunt de AF-modus rechtstreeks instellen
door op de camera op [
] te drukken.
53