Voorkomen dat het onderwerp niet scherp is
In de volgende situaties kan een foto onscherp worden doordat het moeilijk is om het onderwerp scherp te krijgen.
•
Bij gebrek aan kleurcontrast (bijvoorbeeld als de kleren
van het onderwerp eenzelfde kleur hebben als de
achtergrond)
•
Bij sterk tegenlicht achter het onderwerp
•
Bij sterke lichtrefl ectie vanaf het onderwerp
•
Bij een horizontaal streeppatroon, zoals luxafl ex
•
Wanneer het onderwerp zich niet midden in het beeld
bevindt
•
In het geval van een platte witte muur die geen specifi ek
patroon bevat.
•
In het geval van een snel bewegend onderwerp.
•
Wanneer het onderwerp zich te dicht bij de camera
bevindt
30
Probeer eens gebruik te maken van de
scherpstelvergrendeling.
Kies een punt waarop gemakkelijk kan worden scherpgesteld
en stel daarop scherp door de sluiterknop half in te drukken.
Houd vervolgens [Sluiter] half ingedrukt en beweeg de
camera naar een gewenste compositie. Blijf de sluiterknop half
ingedrukt houden totdat u daadwerkelijk de foto neemt.
Kies een punt waarop gemakkelijk kan worden scherpgesteld
en stel daarop scherp door de sluiterknop half in te drukken.
Houd vervolgens [Sluiter] half ingedrukt en beweeg de
camera naar een gewenste compositie. Blijf de sluiterknop
half ingedrukt houden totdat u daadwerkelijk de foto neemt.
(Gebruikershandleiding op de cd-rom, pagina 77)