Opmerking: alleen de relevante lokale bedrading is hier afgebeeld.
1x 230 V
X1M
L1
N
L1
N
Aansluiting van de thermostaatkabel
De aansluiting van de thermostaatkabel hangt af van de toepassing.
Zie ook
"3.4. Voorbeelden van typische toepassingen" op pagina 4
en
"8.2. Configuratie van de installatie van de kamerthermostaat" op
pagina 23
voor
meer
informatie
pompwerking in combinatie met een kamerthermostaat.
Thermostaatvereisten
■
Voeding: 230 V wisselstroom of batterijen
■
Contactspanning: 230 V.
Werkwijze
1
Sluit de thermostaatkabel aan op de juiste aansluitklemmen
zoals
afgebeeld
in
montagehandleiding van de kamerthermostaatkit.
2
Bevestig de kabel met behulp van kabelbinders aan de
bevestigingspunten voor trekontlasting.
3
Zet DIP-schakelaar SS2-3 op de printplaat op ON. Zie
"8.2. Configuratie van de installatie van de kamerthermostaat"
op pagina 23
voor meer informatie.
Aansluiting van de contacten van het eerste en tweede
instelpunt
De aansluiting van het contact van het instelpunt is alleen van belang
als het contact voor dubbel instelpunt is geactiveerd.
Zie ook
"3.4. Voorbeelden van typische toepassingen" op pagina 4
en
"Besturing met dubbel instelpunt" op pagina
Contactvereisten
Het contact moet een spanningsvrij contact zijn voor 230 V (100 mA)
zorgt.
Werkwijze
1
Sluit het contact van het eerste en tweede instelpunt aan op de
overeenkomstige klemmen zoals hieronder afgebeeld
X2M
1 2 3 4
SP2
SP1
SP1 Contact eerste instelpunt
SP2 Contact tweede instelpunt
2
Bevestig de kabels met behulp van kabelbinders aan de
bevestigingspunten voor trekontlasting.
3
Stel DIP-schakelaar SS2-3 en lokale instelling [F-00] in op basis
van de vereiste pompwerking. Zie
pompwerking" op pagina 24
"[F] Instelling optie" op pagina
EKHBX016BB3V3S
Binnenunit voor lucht-water-warmtepompsysteem
4PW625798-3A – 05.2011
en
configuratie-opties
het
bedradingsschema
en
33.
"8.3. Configuratie van de
en lokale instelling [F-00] in
38.
Aansluiting van de klepbesturingskabels
Klepvereisten
■
Voeding: 230 V wisselstroom
■
Maximaal opgenomen amperage: 100 mA
Bedrading van de 2-wegklep
1
Sluit met behulp van de juiste kabel de klepbesturingskabel aan
op de X2M-klem zoals aangegeven in het bedradingsschema.
LET OP
De bedrading verschilt voor een NC klep (normaal
gesloten) en een NO klep (normaal open). Sluit aan op
de juiste aansluitklemmen zoals aangegeven in het
bedradingsschema en de onderstaande afbeelding.
Normaal gesloten (NC)
voor
X2M
5
2
Bevestig de kabel(s) met behulp van kabelbinders aan de
bevestigingspunten voor trekontlasting.
Bedrading van de 3-wegklep
in
de
1
Sluit met behulp van de juiste kabel de klepbesturingskabel aan
op
de
bedradingsschema.
LET OP
Twee
aangesloten. De bedrading verschilt naar gelang
het type:
■
■
Klep type "terugtrekveer
met 2 draden"
X2M
2
Bevestig de kabel(s) met behulp van kabelbinders aan de
bevestigingspunten voor trekontlasting.
Normaal open (NO)
2-wegklep
6
7
X2M
M
NC
juiste
klemmen
zoals
soorten
3-wegskleppen
3-wegsklep type "terugtrekveer met 2 draden"
De
3-wegsklep
moet
gemonteerd dat wanneer ze niet geactiveerd is,
het ruimteverwarmingscircuit is geselecteerd.
3-wegsklep type "SPST met 3 draden"
De 3-wegklep moet zodanig worden gemonteerd
dat wanneer klempoorten 9 en 10 van voeding
worden voorzien, het circuit voor warm water
voor huishoudelijk gebruik is geselecteerd.
Klep type "SPST
8
9
10
M
2-wegklep
5
6
7
M
NO
aangegeven
in
het
kunnen
worden
zodanig
worden
met 3 draden"
X2M 8
9
10
M
Montagehandleiding
20