Servicedisplay variant 2
De onderdruk bij de compressor wordt op de service‑
display (2) getoond.
De onderdruk mag niet lager zijn dan 65 bar. De
servicedisplay (1) is dan rood.
OPGELET
MAXIMUM ONDERDRUK OVERSCHREDEN!
Een te hoge onderdruk (> 65 mbar) kan leiden tot
oververhitting en schade aan de compressor.
‣
Reinig in dit geval het aanzuigfilterelement van
de compressor of vervang het wanneer het erg
vuil is (Hoofdstuk 4.4.4 op pagina 27).
De servicedisplay resetten
Als de toegestane onderdruk werd overschreden (servicedisplay (1) is rood), dan moet de servicedisplay
na het verhelpen van de storing worden gereset.
‣
Druk op de knop (3) op de bovenkant van de servicedisplay (2).
3.5.3
CS1050 IC
1.
Keuzeschakelaar voor ventilatortoerental
2.
Werkings‑ en storingscontrole
3.
Temperatuurweergave perslucht
4.
Servicedisplay onderdruk
5.
Weergave oliedruk
Nadat het compressoraggregaat is gestart en de min. oliedruk is bereikt, wordt de regeleenheid automa‑
tisch ingeschakeld.
Weergave oliedruk
De oliedruk wordt op de oliemanometer getoond. De oliedruk mag niet hoger zijn dan 0,3 bar.
47757782 A
Werking
17