Werking
3.6
Externe oliekoeler voor compressor (optioneel)
Om ervoor te zorgen dat de compressor ook onder extreme omstandigheden een optimale levensduur
heeft, is optioneel een externe oliekoeler aangesloten.
3.7
Werkingscontrole ventilator externe oliekoeler
Een bij draaiende ventilator voor de radiateur gehouden vel papier moet worden aangezogen.
OPGELET
SCHADE AAN DE COMPRESSOR!
De compressor kan beschadigd raken als de ventilator defect is.
‣
Controleer of de ventilator werkt.
·
Het papier wordt door de ventilator aangezogen.
3.8
Uitschakelen
OPGELET
RISICO VAN MATERIAALTERUGSLAG.
Als de compressor met tegendruk wordt uitgezet, bestaat het risico van beschadiging van de terug‑
slagklep als gevolg van materiaalterugslag.
‣
Compressor niet uitschakelen bij bestaande tegendruk!
‣
Wanneer tegendruk aanwezig is moeten de overeenkomstige maatregelen worden getroffen om de
druk af te laten, vóór het afzetten.
NOTITIES
De in het compressoraggregaat ingebouwde terugslagklep heeft als doel na het afstellen van de
compressor in beperkte mate een langere, snellere terugloop van de restdruk in de persluchtleidin‑
gen van het pneumatisch systeem te verhinderen.
‣
Schakel de krachtafnemer uit.
NOTITIES
Compressortoerental voor het uitschakelen niet met de toerentalregeling handmatig reduceren!
OPGELET
PERSLUCHTLEIDING NIET LOSGEMAAKT!
De persluchtleiding breekt als hij niet vóór de start van het compressoraggregaat wordt los gemaakt.
Ook interne onderdelen van het compressoraggregaat kunnen beschadigd raken.
‣
Ontkoppel de persluchtleiding van de compressoreenheid vooraleer te beginnen rijden.
3.9
Conservering bij stilstand
Wanneer de compressor gedurende langere tijd niet in gebruik is, moet de compressor door conserve‑
ring tegen corrosieschade worden beschermd. Raadpleeg de fabrikant inzake een geschikt conserveer‑
middel.
18
47757784 A